Installatie doorstroomcel
In een configuratie met doorstroomcel stroomt het water van de inlaatklep naar de doorstroomcel en
keert het via de uitlaatklep terug naar de circulatie.
• Om het zadel te monteren voor zowel inlaat- en uitlaatklep, volg de montage-aanbevelingen
voor het zadel.
• Smeer een dun laagje olie op twee O-ringen (2) en plaats deze aan beide zijden van de nippel
(1).
• Schroef de nippel in het zadel (3).
• Schroef de kraan (4) in het open uiteinde van de nippel, geplaatst in het zadel. Zorg ervoor dat
het strak zit en de hendel naar voren is gericht, zodat deze gemakkelijk bediend kan worden.
• Schroef voorzichtig de rechte slangkoppeling (5) in de kraan, waarbij u ervoor zorgt dat de
O-ring niet wordt beschadigd.
• Plaats de slang (6) in de rechte slangkoppeling (5).
Positie Beschrijving
1
2
3
4
5
6
Elektrode verbinden met controller, configuratie met doorstroomcel
• Verwijder de beschermdop en controleer of de O-ring (2) op zijn plaats zit.
• Plaats de elektrode (1) voorzichtig in de stroomceladapter (3). Let hierbij op dat de O-ring niet
beschadigd wordt. Draai de elektrode voldoende aan.
• Snijd de vereiste lengte af van de slang (5) om de inlaatklep op de pijp te verbinden met de
inlaat van de doorstroomcel. Plaats een metalen klem (6) over de slang. Duw het uiteinde van
de slang (5) over de slangkoppeling (4) en plaats deze vast met de metalen klem (6). Vergroot
het uiteinde van de slang zodat deze op de inlaat van de doorstroomcel kan worden geplaatst
en verplaats de klem om de installatie te verstevigen.
• Herhaal voorgaande stap voor de uitlaat van de doorstroomcel waarbij de slang (8) op de
slangkoppeling (7) wordt vastgezet met de metalen klem (9).
18
Nippel
O-ring
Zadel
Kraan
Slangkoppeling
Slang