O
P L A D E N E N S T R O O M V O O R Z I E N I N G
OPLADEN
OPLADEN
Sluit de acculader aan op de PM70 en steek de stekker
in het contact. Schakel de stroom naar de PM70 in door
¸ 3 seconden lang in te drukken. De PM70 wordt niet
opgeladen als hij buiten werking is.
Een lege accu moet minstens 3 uur worden opgeladen.
Een volgeladen accu volstaat voor 15–21 uur gebruik van
de PM70, afhankelijk van de vraag of de Card Phone is
aangesloten.
Als de PM70 is ingesteld op
instelling) wordt het opladen zonder Card Phone niet
begonnen. Dit kan worden genegeerd door de PM70 te
resetten (druk tegelijkertijd op ò ÷ î ). Lees meer
onder
RESETTEN .
Gebruik uitsluitend originele acculaders van Possio!
VOEDING
AAN
Druk 3 seconden op ¸ .
Als de
Transportstand is geactiveerd moet de Card
Phone of seriële kabel zijn aangesloten om het apparaat
te kunnen starten. Dit kan worden genegeerd door te
Resetten . Lees meer onder INSTELLINGEN.
UIT
Druk 3 seconden op ˜ .
Om accustroom te sparen, wordt de PM70 na een
bepaalde tijd automatisch uitgeschakeld. De tijd tussen
de laatste activiteit en het uitschakeltijdstip kan worden
ingesteld. Lees meer onder
Als de PM70 is aangesloten op een actieve acculader
wordt hij niet uitgeschakeld.
RESETTEN
Druk tegelijkertijd op ò ÷ î om het apparaat te
resetten. De instellingen worden opgeslagen en de PM70
wordt opnieuw ingeschakeld. Resetten onderbreekt alle
activiteiten van de PM70.
A
A N S L U I T I N G E N
CARD PHONE
Sluit de Card Phone aan (accessoire).
Als het bericht PIN? verschijnt, toets dan uw pincode
in (vier cijfers), gevolgd door een druk op ¸ . Na drie
mislukte pogingen, wordt de SIM-kaart geblokkeerd en de
PM70 produceert het bericht PUK? De SIM-kaart moet
nu worden ontgrendeld met de PUK-code.
SERIËLE KABEL
Steek de stekker van de seriële kabel (accessoire) in de
aansluiting op de PM70 en sluit een telefoon aan. Meer
informatie over het gebruik van een seriële de kabel vindt
u in de handleiding die bij de kabel wordt geleverd.
Voor een compleet overzicht van telefoontoestellen die u
kunt gebruiken, zie www.possio.com.
F
A X
VERZENDEN
INLEZEN
Plaats het papier met beide handen in de papierlade. Na
een seconde wordt het papier door de scanner gevoerd.
NUMMER KIEZEN
Kies het
faxnummer en druk op ¸ . Voor internationale
nummers: druk op Í vóór het faxnummer, met weg-
lating van de nul in het kengetal.
SNELKIESNUMMER
Gebruik de nummers die zijn opgeslagen op de SIM-kaart
door het
positienummer te kiezen, gevolgd door ¸ ,
bijvoorbeeld 14 ¸ . U kunt opgeslagen nummers
afdrukken. Voor nadere gegevens, zie het hoofdstuk
FUNCTIES .
LAATST GEKOZEN
Kies het laatst gekozen faxnummer door een druk op
NUMMER
0 ¸ (als het document is opgeslagen in het geheugen).
STATUS
Als ¹ brandt, communiceert de PM70. De verbinding
kan worden verbroken door een druk op ˜ .
BEVESTIGING
Nadat het faxbericht is verzonden, wordt een bevestiging
afgedrukt. Meer informatie vindt u in het hoofdstuk
BEVESTIGINGEN .
ONTVANGST
ONTVANGST
Ontvangen faxberichten worden automatisch afgedrukt als
de PM70 is ingeschakeld.
STATUS
Als ¹ brandt communiceert de PM70.
FAX-MAILBOX
Bepaalde GSM-netwerken kennen een mailbox waarin
faxberichten worden opgeslagen als u niet bereikbaar
bent. Raadpleeg uw provider voor verdere informatie over
de werking van uw faxmailbox.
POLLING
Polling (ondervraging) van faxberichten is mogelijk.
Lees meer in het hoofdstuk
T
E L E F O O N
TELEFONEREN
OPBELLEN
ID
Transportstand (basis-
SNELKIESNUMMER
LAATST GEKOZEN
NUMMER
BEANTWOORDEN VAN EEN TELEFOONGESPREK
BEANTWOORDEN
NUMMER-
PRESENTATIE
INSTELLINGEN .
S
M S
ONTVANGEN*
AFDRUK
OPGESLAGEN
SMS-BERICHTEN
* Deze optie is niet bij alle telefoontoestellen beschikbaar. Bezoek www.possio.com voor een compleet
overzicht van deze telefoontoestellen.
B
E V E S T I G I N G E N
Een korte bevestiging wordt automatisch afgedrukt na elke faxtransmissie of als de ontvangst van een
faxbericht is mislukt. Uitvoerige informatie wordt afgedrukt na een druk op Ì 11 ¸ .
Voorbeelden van symboolcombinaties in verschillende rapporten met uitleg.
ZENDEN
KORTE BEVESTIGING
© ¥ +111111 Ñ 1 3⁄4 –
Ÿ 2000-12-01 ‰ 13:15
·
Faxbericht naar + 111111, 1 bladzijde. Acculaad-
niveau hoog, signaalkwaliteit hoog. Verzonden op
1 december 2000, om 13 uur 15. Resultaat OK.
MET UITVOERIGE INFORMATIE
© ¥ +111111 Ñ 1
Ÿ 2000-12-01 ‰ 13:15
·
ª +111111
9600 bps
À
‹ 1:15
3⁄4 –
Fax naar + 111111, 1 bladzijde, op 1 december
2000, om 13 uur 15. Resultaat OK. Ontvanger-ID
+ 111111. Verzonden met 9,6 kbps en standaard-
resolutie. Duur: 1 min 15 sec. Acculaadniveau
hoog, signaalkwaliteit hoog.
TRANSMISSIE MISLUKT
KORTE BEVESTIGING
© ¥ +111111 Ñ 1 » "
Ÿ 2000-12-01 ‰ 13:15
® — 11
Faxbericht naar + 111111, 1 bladzijde. Acculaad-
niveau laag, signaalkwaliteit laag. Verzonden op 1
december 2000, om 13 uur. 15. Resultaat Storing
(code 11) .
MET UITVOERIGE INFORMATIE
© ¥ +111111 Ñ 1
Ÿ 2000-12-01 ‰ 13:15
® — 11
ª
4800 bps
ù
‹ 0:11
» "
Fax naar + 111111, 1 bladzijde, op 1 december
2000, om 13 uur 15. Resultaat STORING (code
11) . Geen ID ontvangen. Verzonden met 4,8 kbps
en hoge resolutie. Duur: 0 min 11 sec. Acculaad-
FUNCTIES .
niveau laag, signaalkwaliteit laag.
Kies het telefoonnummer, druk op ¸ en neem
de hoorn op. Voor internationale nummers: druk op
Í vóór het telefoonnummer, met weglating van de
nul in het kengetal. Om op te kunnen bellen moeten
eventuele gescande documenten eerst worden gewist
FUNCTIES ).
(zie het hoofdstuk
Beëindig het gesprek door een druk op ˜ .
Het nummer dat u hebt gebeld wordt ter controle
afgedrukt.
Gebruik de nummers die zijn opgeslagen op de
SIM-kaart door het positienummer te kiezen, gevolgd
door ¸ , bijvoorbeeld 14 ¸ .
U kunt opgeslagen nummers afdrukken. Zie verder ook
het hoofdstuk
FUNCTIES .
U kunt het nummer dat u de laatste keer hebt gebeld
opnieuw kiezen door een druk op 0 ¸ (op voorwaarde
dat het documentgeheugen leeg is).
Neem de hoorn van de haak en druk op ¸ .
Beëindig het gesprek door een druk op ˜ .
Het telefoonnummer van het gesprek dat binnenkomt
wordt afgedrukt. U kunt deze functie de-activeren, zie
INSTELLINGEN.
Inkomende SMS-berichten worden automatisch afgedrukt
als de PM70 is ingeschakeld.
Opgeslagen SMS-berichten kunnen worden afgedrukt.
Lees meer in het hoofdstuk FUNCTIES.
ONTVANGST MISLUKT
KORTE BEVESTIGING
¥© +111111 3⁄4 –
Ÿ 2000-12-01 ‰ 13:15
® — 6
Faxbericht, ontvangst van + 111111, acculaad-
niveau hoog, signaalkwaliteit hoog. Ontvangen
op 1 december 2000, om 13 uur 15. Resultaat
STORING (code 6) .
MET UITVOERIGE INFORMATIE
¥©
Ÿ 2000-12-01 ‰ 13:15
® — 6
ª +111111
9600 bps
‹ 0:20
3⁄4 –
Faxbericht, ontvangst op 1 december 2000,
om 13 uur 15. Resultaat STORING (code 6).
Afzender-ID + 111111. Ontvangen met 9,6 kbps.
Duur: 0 min 20 sec. Acculaadniveau hoog,
signaalkwaliteit hoog.
STORINGSCODES
Storing
—1
Verbinding werd verbroken
—2
In gesprek
—3
Geen antwoord
—4
Geen lijn
—5
Het gesprek werd onverwacht
—6
onderbroken
Onverwacht antwoord
—7
Geen antwoord
—8
Geen kiestoon
—9
Documentfout
—10
Activiteit onderbroken door
—11
de gebruiker
I
N S T E L L I N G E N
Alle instructies worden uitgevoerd door een druk op
Ì functienummer ( Ì parameterwaarde) ¸
ALGEMEEN
JA / VERZENDEN / BEVESTIGEN
¸
NEE / STOP
˜
INSTELLINGEN
RESOLUTIE
Ì 50 Ì 1 (standaard) of 2 (hoog) ¸
Stelt de resolutie (het scheidend vermogen) van de scanner in.
'Standaard' is de basisinstelling.
UITSCHAKELTIMER
Ì 52 Ì minuten min 0 max 9999 ¸
Stelt de tijd in tussen de laatste activiteit en het tijdstip van
uitschakeling. De basisinstelling is 20 minuten . Een uitschakeltijd is
niet beschikbaar indien de PM70 is aangesloten op een acculader.
VOLUME
Ì 53 Ì 0 (geen signaal), 1 (zwak) , 2, 3 of 4 (hard) ¸
Stelt het geluidsvolume van het belsignaal in. De basisinstelling is 3.
0 is geen geluid.
GEBRUIKERS-ID
Ì 54 Ì faxnummer bv. +4658744010 ¸
Maakt het gekozen faxnummer zichtbaar op het document. Er is geen
nummer in de fabriek ingesteld.
DATUM
Ì 55 Ì datum bv. 20001201 ¸
Maakt de datum zichtbaar op het document. De basisinstelling is
1970-01-01. De datum wordt als volgt geschreven: 4 cijfers voor het
jaar (2000), 2 cijfers voor de maand (12) en 2 cijfers voor de dag (01) .
TIJD
Ì 56 Ì tijd (uren en minuten) bv. 1302 ¸
Maakt het tijdstip zichtbaar op het document. De basisinstelling is
00:00. De tijd wordt als volgt, in het etmaalformaat, geschreven: de
uren met 2 cijfers (bv. 13) en de minuten met 2 cijfers (bv. 02) .
ACTIVERINGSPOSITIES
Ì 57 Ì condities ¸
Condities: 0 = transportstand en voertuigstand de-activeren
1 = alleen transportstand activeren
2 = alleen voertuigstand activeren
3 = zowel transportstand als voertuigstand activeren
In de TRANSPORTSTAND (basisinstelling) moet de Card Phone of
seriële kabel zijn aangesloten om de PM70 in te kunnen schakelen.
In de VOERTUIGSTAND wordt de PM70 automatisch geactiveerd als
de laadkabel is aangesloten.
Ì 58 Ì 0 (uit) of 1 (aan) ¸
NUMMERPRESENTATIE
Activeren of de-activeren van de nummerpresentatie bij inkomende
gesprekken.
GSM-INSTELLINGEN
NIET DOORSCHAKELEN Ì 60 ¸
Verwijdert alle doorschakelopties in het netwerk
GESPREKKEN
Ì 61 Ì telefoonnummer Ì condities ¸
DOORSCHAKELEN
Doorschakelen 0 = direct; 1 = in gesprek; 2 = geen antwoord;
3 = niet bereikbaar.
DOORSCHAKELEN
Ì 62 Ì seconden ¸
UITSTELLEN
Tijd voordat wordt doorgeschakeld bij 'geen antwoord', zie boven-
staande condities 2.
FAXBERICHTEN
Ì 63 Ì faxnummer ¸
DOORSCHAKELEN
DATA DOORSCHAKELEN Ì 64 Ì datanummer ¸
STATUS OPVRAGEN
Ì 65 ¸
Drukt de doorschakelinstellingen af.
WEERGAVE GSM-NET
Ì 70 ¸
GSM-NET KIEZEN
Ì 71 Ì gekozen netwerk ¸
Het gekozen netwerk correspondeert met het cijfer van
WEERGAVE GSM-NET (zie boven).
BEWERKEN MET SMS
BEWERKEN EN
De instellingen en het telefoonboek kunnen worden gewijzigd door
het verzenden van een SMS-bericht naar uw PM70. Dit SMS-bericht
VERZENDEN
moet een speciale opmaak hebben. Het formaat van dit SMS-bericht
en een voorbeeld vindt u op de informatieve website van Possio:
www.possio.net.
INSTELLINGEN
Ì 20 ¸
OPSLAAN
Slaat het speciale SMS-bericht voor de instellingen op nadat dit
SMS-bericht is ontvangen.
TELEFOONBOEK
Ì 21 ¸
OPSLAAN
Slaat het speciale SMS-bericht voor het telefoonboek op nadat dit
SMS-bericht is ontvangen.
V
E R V A N G E N V A N P A P I E R
1. Verwijder het deksel.
3. Ga na of de rand
Ì 3 ¸
recht zit.
5. Til de metalen
klemmetjes op om
de papierloop te
corrigeren.
Opmerking: deze acties zijn mogelijk met aangesloten hoorn.
Als het papier tijdens het afdrukken van een faxbericht op raakt, worden de resterende bladzijden
opgeslagen in het geheugen. Het afdrukken wordt hervat 30 seconden na bovenstaande stap 4.
2. Zet het plastic wieltje
op de nieuwe rol.
4. Plaats het papier in
de papierlade en
druk op de knop
INVOER om het papier
in te voeren.
6. Trek het papier omhoog
en zet het deksel weer
op zijn plaats.