Handleiding Serie 4000
6. Verhoog de waarde d.m.v. de bedieningsknop naar 100 mbar. Bevestig de keuze en kies
om de instelling op te slaan.
7. De transmitter gaat nu automatisch terug naar het beginscherm. De meetwaarde bij
atmosferische druk is nu geen 0,00 mbar maar -100 mbar. Bij een aangelegde druk van 100
mbar zal de transmitter 0 mbar op het scherm weergeven.
Er kan in de nulpunt instellingen ook gekozen worden voor de keuze "Proces ref.". De transmitter
kan op het nulpunt gezet worden in een werkelijke bedrijfssituatie. Bij deze keuze meet de
transmitter de aanwezige druk, en zal deze gebruiken als nulpunt. (bij 4 mA)
1. Navigeer naar programmapunt P101 en bevestig de keuze.
2. Kies "Proces ref." , op het display verschijnt een werkelijk gemeten waarde.
3. Bevestig de keuze met de bedieningsknop, en kies
4. De transmitter gaat nu automatisch terug naar het beginscherm.
6.2 BEREIK INSTELLING (SPAN, 20 mA)
Met deze instelling kan het bereik (span) ingesteld worden met of
zonder test druk. De maximale druk die gemeten kan worden (20 mA)
is de meetwaarde van het Nulpunt (P101) + het bereik ingegeven bij Span waarde (P102).
Indien het Nulpunt (P101) wordt verhoogd dan zal de maximale meetwaarde ook hoger
worden (20 mA)
Hieronder wordt een voorbeeld stap voor stap uitgelegd.
Voorbeeld: Meetbereik van 100 – 2000 mbar = 4 - 20 mA.
De Span waarde moet in dit geval 1900 mbar zijn.
1. Het nulpunt is in het vorige menu (P101) bepaald op 100 mbar.
2. Druk op de bedieningsknop en navigeer met behulp van de knop naar programmapunt
P102 – Span Waarde.
3. Druk vervolgens op de bedieningsknop om dit menu te kiezen.
4. Er verschijnen twee keuzes op het scherm Handmatig en Proces ref.
Kies Handmatig er verschijnt een waarde op het display. (afhankelijk van het gekozen bereik)
5. Stel de Span waarde d.m.v. bedieningsknop in op 1900 mbar. Bevestig de keuze, en kies
om de instelling op te slaan.
6. De transmitter gaat nu automatisch terug naar het beginscherm.
Er kan ook gekozen worden voor de keuze Proces ref. De transmitter kan dan worden afgesteld in op
een werkelijke bedrijfssituatie. Bij deze keuze meet de transmitter het bereik (bij 20 mA)
1. Navigeer naar programmapunt P102 en bevestig de keuze.
2. Kies Proces ref., op het display verschijnt de werkelijk gemeten waarde.
3. Bevestig de keuze met de bedieningsknop, en kies
4. De transmitter gaat nu automatisch terug naar het beginscherm.
P102 is de instelling van het totale meetbereik.
i
Bij een compound bereik (vacuüm/overdruk) van -1 tot +3 bar, dient bij P102 een span van 4 bar te worden
ingesteld. Zodra bij P101 (ZERO) -1 bar wordt ingesteld, dan is de transmitter ingesteld op:
- 1 bar = 4 mA en +3 bar = 20 mA.
Indien de procestemperatuur bij -1 bar hoger is dan 20 °C , dan dient er een andere afvulolie toegepast te worden (Optie G26).
Indien er een vacuüm van -500 mbar en een procestemperatuur van 60 °C aanwezig is, dan dient er ook een andere
afvulolie toegepast te worden (Optie G26).
NL-4000-DO-04-2023-03
om de instelling op te slaan.
om de instelling op te slaan.
Pagina 12