Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Namen Van Onderdelen En Hun Funkties; Bovenpaneel - Denon DN-X1700 Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Namen van Onderdelen en hun Funkties

Zie voor nadere bijzonderheden over de functies en onderdelen de tussen haakjes vermelde
bladzijnummers.

Bovenpaneel

E1
E3
E2
R3
E0
W9
W8
W7
W6
W5
W4
W3
W2
W1
W0
Q9
Q8
R0
Q7
Q6
q
E5
R1
R2
w
q
e
w
r
e
r
t
y
E4
t
E6
E7
E8
u
i
o
Q0
Q1
y
Q2
Q3
Q4
Q5
u
E9
MASTER LEVEL-regelaar
Instellen van het niveau van de MASTER-
uitgangen.
Het LIMITER LED-lampje toont de werkingsstand
van de master-uitgangsbegrenzer.
• Limiter OFF: LED-lampje gedoofd.
• Limiter ON: LED-lampje licht groen op.
• Terwijl de begrenzing werkt: LED-lampje licht
rood op.
Master-effecttoetsen EFX INS 1, 2
Met deze toetsen kunt u de diverse effecten van
de gekozen kant, EFX 1 of EFX 2, toepassen op
de master-uitgangssignalen.
BOOTH ASSIGN-schakelaar
Selecteren van de bron van de BOOTH-uitgang.
USB ASSIGN CH/MASTER-toets
Deze dient voor het omschakelen van de
toewijzing van de USB audio-ingangssignalen
afkomstig van de computer.
CH:
De signalen worden toegewezen aan de kanalen
(van 1 tot 4).
MASTER:
De signalen worden toegewezen aan de master-
bus en de monitor-bus.
MIDI CLOCK START/STOP-toets
Hiermee
kan
het
MIDI-kloksignaal
overeenkomend
met
de
beats-per-minuut
waarde worden doorgegeven via de USB-
MIDI en MIDI-uitgangsaansluitingen naar een
computer (programma) of externe apparatuur.
START:
Verzending van het MIDI-kloksignaal begint.
STOP:
Verzending van het MIDI-kloksignaal stopt.
UTILITY/–USB A/USB B-toets
Hiermee maakt u de gewenste voorinstellingen
en kunt u de systeeminformatie instellen,
wijzigen of als referentie gebruiken. Bij langer
dan een seconde ingedrukt houden van de toets
wordt het USB-instelscherm geopend, waarmee
de USB-opslagfunctie of de USB-hostfunctie kan
worden gekozen.
BEAT
,
-toetsen
(Korter) :
Om de beat/tijd korter te maken.
(Langer) :
Om de beat/tijd langer te maken.
i
TAP LOCK/AUTO/INPUT BPM-toets
TAP:
Wanneer u deze toets een paar keer achtereen
aantikt, wordt de beats-per-minuut (BPM)
waarde afgemeten aan het interval tussen de
tikken.
LOCK:
Wanneer u eenmaal op de toets drukt in de auto-
BPM stand, wordt de automatisch gemeten
BPM-waarde vastgelegd.
AUTO BPM:
Wanneer u de toets een seconde lang ingedrukt
houdt, wordt de auto-BPM stand ingeschakeld en
wordt de gemeten BPM-waarde aangegeven.
INPUT BPM:
Wanneer u de toets twee seconden of langer
lang ingedrukt houdt, wordt de BPM-invoerstand
ingeschakeld, zodat u de beats-per-minuut
waarde direct kunt invoeren met de BEAT
-toetsen u. Bij nogmaals indrukken van de
toets wordt de invoerstand uitgeschakeld.
o
TIME/BACK-toets
TIME:
Met deze toets kiest u of u de werking van de
-toetsen u wilt toepassen op het
BEAT
,
aantal beats of de tijd.
BACK (alleen kant EFX 2):
Met deze toets keert u terug naar het
voorgaande
scherm,
bij
gebruik
van
beeldscherminstellingen.
Q0
Effect CUE-toets
Wanneer u deze toets in de ON-stand drukt,
kunt u het geluid van de effecten (uitgezonderd
de DELAY, ECHO en REVERB nagalm-effecten)
controleren, ook in de effect-OFF stand.
Q1
EFX SELECT-regelaar
Hiermee kiest u het gewenste effect.
Zie de beschrijving van de effectfuncties (pagina
9).
Q2
Parameter ON/OFF-toets
Hiermee kiest u de ON- en OFF-standen van de
effectparameters.
Q3
PARAMETER MIX/MAX-regelaar
Hiermee regelt u de fi ltergrensfrequentie en
andere effectparameters. De parameters worden
gewijzigd via de gekozen effectgenerator.
,
de
3

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave