Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Eerste ingebruikname
Verwijder eventuele beschermfolies.
Laad het toestel volledig op, enkel met het bijgeleverd laadtoestel.
Schakel het apparaat aan (9), let op dat het apparaat niet te schuin staat (maximum
5°). Staat het toestel schuiner dan 5°, dan zal de laserstraal blijven knipperen.

Horizontale uitlijning

Zodra de laserstraal genivelleerd is, zal het apparaat beginnen draaien in de ont-
vangstmodus, dit is de hoogste draaisnelheid. De draaisnelheid kan men veranderen
door de toets snelheid laserdiode (10) in te drukken. Hou er rekening mee dat de
hoogste rotatiemodus nodig is voor een goede en snelle ontvangst met de laseront-
vanger. In de traagste rotatiesnelheid (0) projecteert de rotatielaser een stilstaand
punt (puntmodus). De positie van dit punt kan u wijzigen met de toetsen richting
laserstraal (11).
De zichtbaarheid van de laserstraal met het menselijk oog hangt af van de snelheid
van de straal, dit wil zeggen dat de laagste rotatiesnelheid het meest zichtbaar is, en
de hoogste rotatiemodus het minst zichtbaar.
Het is raadzaam om de horizontale lijn op uw werkhoogte te plaatsen.
Verticale uitlijning
Plaats het apparaat op de voorziene pootjes in de verticale positie, indien het toe-
stel te schuin staat (meer dan 5°) blijft de laserstraal knipperen. Zodra het apparaat
genivelleerd is, zal de laser beginnen te roteren, zie voor de bediening hierboven bij
horizontale uitlijning.
De positionering van de verticale lijn, om de laserstraal van links naar rechts te ver-
plaatsen, is mogelijk met de toetsen (11).
BELANGRIJK:
∙ de keuze van het statief bepaalt in grote mate de gebruiksvriendelijkheid van het
apparaat.
∙ Indien de werkplaats een te hoge lichtintensiteit heeft, zoals bv. bij buitenwerkzaam-
heden, kan het noodzakelijk zijn de laserontvanger te gebruiken.
4

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave