opladen.
Laad de batterij nooit onmiddellijk na gebruik van de AR.Drone 2.0 , als de batterij nog warm is. Laat
ze aan kamertemperatuur afkoelen. Laad de ze nooit als ze nog verbonden is met de
AR.Drone 2.0.
Bedek uw product of de lader niet tijdens het opladen van de batterij.
De batterij mag enkel opgeladen worden onder toezicht van een volwassene. De batterijen moeten
van de AR.Drone 2.0 verwijderd worden voor het opladen. Gebruikte batterijen moeten van
de AR.Drone 2.0 verwijderd worden.
Laad de batterij bij een temperatuur tussen 0°C en 40°C.
Gebruik en bewaring
Gebruikte batterijen moeten uit de AR.Dron verwijderd worden. Gebruik nooit een gezwollen,
gelekte, beschadigde batterij of een die een bijzondere geur verspreidt. Gebruik de batterij niet
indien haar plastic bekleding beschadigd is.
Laat de batterij niet binnen het bereik van kinderen.
Gooi de batterij niet in het vuur. Vermijd elk contact van de batterij met een vloeistof. Laat uw
toestel niet in de regen noch in nabijheid van een vochtigheidsbron. Plaats de batterij niet in een
magnetron of een tank onder druk.
Probeer de batterij niet te ontmantelen, te doorboren, te vervormen of te snijden. Plaats geen zwaar
voorwerp op de batterij of de lader. Probeer te vermijden dat de batterij valt of schokken
ondergaat.
Reinig de lader niet met een oplosmiddel, alcohol of andere ontvlambare oplosmiddelen.
Vermijd absoluut kortsluitingen. Vermijd rechtstreeks contact met de elektrolyt in de batterij.
Elektrolyt and elektrolytdampen zijn schadelijk voor de gezondheid.
Bewaar uw toestel bij kamertemperatuur. Stel uw toestel niet bloot aan extreme temperaturen. Stel
uw toestel niet bloot aan grote temperatuurschommelingen.
Plaats uw product niet in de nabijheid van een warmtebron.
Verwijder de batterij als u het toestel niet gebruikt.
Ontschakel de lader als u de batterij niet laadt.
Veiligheidsvoorzorgen
33