Download Print deze pagina

ACV BC 03 Gebruiksaanwijzing pagina 2

Advertenties

4 Jumpers zijn bereikbaar na het wegnemen van de
afdekkap, en laten het bepalen toe van:
Keuze van boilerlaadpomp of verdeelkraan
De uitschakelvertraging van de boilerlaadpomp
De uitschakelvertraging van de
verwarmingspomp
De minimum AAN-tijd van de brander
Met behulp van de keuzeschakelaar kan men de
twee kringen laten werken in prioriteit of in parallel.
Prioriteit
De instelling van de boilertemperatuur.
De gevraagde boilertemperatuur kan ingesteld
worden op twee manieren:
Wanneer gebruik gemaakt wordt van een
regelbare boilerthermostaat dan gebeurt de
instelling op de boiler-thermostaat.
Waneer gebruik gemaakt wordt van een
dompelvoeler (ACV nr. 5476G004) dan kan men
de boilertemperatuur instellen aan de hand van
de potentiometer die zich bevindt onder de
afdekkap van de voorrangsmodule.
W
ERKING
Indien er geen "sanitair warmwatervraag" is.
Bij warmtevraag van de omgevingsthermostaat
wordt de brander en de verwarmingspomp
ingeschakeld. Wanneer de omgevingstemperatuur
bereikt is, schakelt de thermostaat uit, wordt de
brander na de ingestelde minimum AAN-tijd
stilgelegd, indien deze nog niet overschreden is, en
werkt de verwarmingspomp nog gedurende de
ingestelde nadraaitijd.
Een aan de gang zijnde vertraging wordt steeds
geannuleerd door de herinschakeling van de
omgevingsthermostaat.
Bij voorrang van "sanitair warmwaterproductie"
Bij warmtevraag van het sanitair warmwater wordt
de brander en de boilerlaadpomp ingeschakeld.
Indien we, met behulp van de keuzeschakelaar
volgens prioriteit werken, dan zal de
verwarmingspomp direct uitgeschakeld worden.
(indien de omgevingsthermostaat in warmtevraag
is).
Wanneer de boiler de gewenste temperatuur bereikt,
wordt de brander na de ingestelde minimum AAN-
tijd stilgelegd, indien deze nog niet overschreden is,
en werkt de boilerlaadpomp nog gedurende de
ingestelde nadraaitijd.
Bij parallelle werking van de sanitaire
warmwaterproductie
-
Parallel
-
-
-
Bij regeling van 2 onafhankelijke verwarmingszones
Plaats de keuzeschakelaar op parallelle werking en
de jumper voor "pomp" of "verdeelkraan" op "pomp".
In plaats van de boilerthermostaat wordt een tweede
omgevingsthermostaat aangesloten.
Bij warmtevraag van een omgevingsthermostaat
wordt de brander en de overeenstemmende
verwarmingspomp ingeschakeld. Wanneer de
temperatuur bereikt is, schakelt de thermostaat uit,
wordt de brander na de ingestelde minimum AAN-
tijd stilgelegd, indien deze nog niet overschreden is,
en werkt de overeenstemmende verwarmingspomp
nog gedurende de ingestelde nadraaitijd.
Een aan de gang zijnde vertraging wordt steeds
geannuleerd door de herinschakeling van één van
de twee omgevingsthermostaten.
2
Indien we met behulp van de keuzeschakelaar
volgens parallel werken en de
verwarmingspomp noch de brander
ingeschakeld zijn, dan wordt bij warmwatervraag
van het sanitair warmwater de brander en de
boilerlaadpomp ingeschakeld.
Wanneer echter de verwarmingspomp en de
brander ingeschakeld zijn (indien de
omgevingsthermostaat in warmtevraag is) dan
wordt in parallel bij warmwatervraag van het
sanitair warmwater, de boilerlaapomp
ingeschakeld.
Wanneer de boiler de gewenste temperatuur
bereikt, werkt de boilerlaadpomp nog gedurende
de ingestelde nadraaitijd, op voorwaarde dat er
geen warmtevraag is van de thermostaat, en
wordt de brander stilgelegd na de ingestelde
minimum AAN-tijd, indien deze nog niet
overschreden is.
Waneer de boiler de gewenste temperatuur
bereikt, én er is warmtevraag van de
thermostaat dan wordt de boilerlaadpomp direct
uitgeschakeld. De brander blijft in werking tot er
geen warmtevraag meer is van de
omgevingsthermostaat.
BC 03
2
OF REGELING VAN
ONAFHANKELIJKE VERWARMINGSKRINGEN
ACV international
BOILERVOORRANGSMODULE

Advertenties

loading