Download Print deze pagina

Brother P-touch 1250 Handleiding pagina 2

Advertenties

TEKSTFORMAAT
Er zijn vijf verschillende instellingen beschikbaar voor het tekstformaat, in aanvulling op de AUTO
instelling waarbij het tekstformaat automatisch zo groot mogelijk wordt ingesteld overeenkomstig de
geplaatste lintcassette. De gekozen tekstformaat-instelling wordt aangegeven door de indicators
bovenaan in het display. Wanneer de AUTO instelling gekozen is, lichten alle indicators op.
A
SIZE1 (A: standaardaard tekstformaat) SIZE2 (A: dubbele breedte)
SIZE3 (
: dubbele hoogte)
A
A
SIZE4 (
: dubbele breedte & dubbele hoogte)
SIZE5 (
: breedte & dubbele hoogte)
Opmerkingen:
• Als er twee regels tekst zijn, worden deze altijd afgedrukt met de SIZE1
tekstformaat-instelling, ongeacht de gekozen instelling.
• Druk op
om de onderstaande procedure voortijdig af te breken zonder
wijzigingen aan te brengen.
1 Draai aan de Function knop totdat SIZE in het display verschijnt en druk dan op de
Function knop (of op
). De huidige tekstformaat-instelling verschijnt in het display.
2 Draai aan de Function knop (of druk op
of
) totdat de gewenste
tekstformaat-instelling wordt getoond.
3 Druk op de Function knop (of op
) om de gekozen tekstformaat-instelling op de
tekst toe te passen.
TEKSTSTIJL
U kunt een van de negen beschikbare tekststijlen kiezen voor de tekens in uw etiket. Als een andere
instelling dan NORMAL wordt gekozen, licht de Style indicator onderaan in het display op.
NORMAL
OUTLINE
BOLD
SHADOW
ITALIC
I+OUTL (cursief + contour)
I+BOLD (cursief + vet)
I+SHADOW (cursief + schaduwrand) VERTICAL
Opmerkingen:
• Als er twee regels tekst zijn, worden deze altijd afgedrukt in de NORMAL tekststijl,
ongeacht de gekozen tekststijl-instelling.
• Druk op
om de onderstaande procedure voortijdig af te breken zonder
wijzigingen aan te brengen.
1 Draai aan de Function knop totdat STYLE in het display verschijnt en druk dan op de
Function knop (of op
). De huidige tekststijl-instelling verschijnt in het display.
2 Draai aan de Function knop (of druk op
of
) totdat de gewenste tekststijl-
instelling wordt getoond.
3 Druk op de Function knop (of op
) om de gekozen tekststijl-instelling op de tekst toe te passen.
ONDERSTREPING/OMKADERING
Met behulp van deze optie kunt u de tekst benadrukken of verfraaien door deze van een
omkadering of onderstreping te voorzien. Indien een andere instelling dan OFF wordt
gekozen, licht de
indicator onderaan in het display op.
ABC / ABC
OFF (geen onderstreping of omkadering) ROUND
BANNER
WOODEN
VINE
UNDL (onderstreping)
Opmerkingen:
• De onderstreping of omkadering wordt niet afgedrukt wanneer de VERTICAL
tekststijl-instelling gebruikt wordt.
• Druk op
om de onderstaande procedure voortijdig af te breken zonder
wijzigingen aan te brengen.
1 Draai aan de Function knop totdat UNDL/FRM in het display verschijnt en druk dan
op de Function knop (of op
). De huidige onderstreping/omkadering-instelling
verschijnt in het display.
2 Draai aan de Function knop (of druk op
of
) totdat de gewenste
onderstreping/omkadering-instelling wordt getoond.
3 Druk op de Function knop (of op
) om de gekozen onderstreping/omkadering-
instelling op de tekst toe te passen.
AFDRUKKEN IN SPIEGELSCHRIFT
Gebruik deze functie om de tekst zo af te drukken dat deze vanaf de kleefzijde van het
etiket leesbaar is. Wanneer u een dergelijk etiket op een ruit of ander doorzichtig
oppervlak aanbrengt, is de tekst correct leesbaar vanaf de andere kant.
Opmerkingen:
• Bij gebruik van deze functie moet u altijd doorzichtig lint gebruiken.
• Druk op
om de onderstaande procedure voortijdig af te breken zonder
wijzigingen aan te brengen.
1 Draai aan de Function knop totdat MIRROR in het display verschijnt en druk dan op de
Function knop (of op
). De huidige spiegelschrift-instelling verschijnt in het display.
2 Draai aan de Function knop (of druk op
of
) totdat de gewenste instelling
wordt getoond.
3 Druk op de Function knop (of op
) om de gekozen instelling op de tekst toe te passen.
KANTLIJNBREEDTE
Gebruik deze functie om gelijke marges van 4 mm (#), 12 mm (##) of 24 mm (###) aan
beide uiteinden van de tekst aan te brengen. Bij gebruik van de - kantlijnbreedte-instelling
kunnen meerdere etiket-ontwerpen op een enkel etiket worden afgedrukt, de een na de
ander, zonder dat het lint tussentijds wordt doorgevoerd.
Opmerking: Druk op
om de onderstaande procedure voortijdig af te breken
zonder wijzigingen aan te brengen.
1 Draai aan de Function knop totdat TAPE in het display verschijnt en druk dan op de
Function knop (of op
). De huidige kantlijnbreedte-instelling verschijnt in het display.
2 Draai aan de Function knop (of druk op
of
) totdat de gewenste
kantlijnbreedte-instelling wordt getoond.
3 Druk op de Function knop (of op
) om de gekozen kantlijnbreedte-instelling op
de tekst toe te passen.
Opmerking:
• Na afdrukken met de – kantlijnbreedte-instelling houdt u
ingedrukt en
drukt dan één maal op
om het lint door te voeren, alvorens u op de
lintafsnijhendel drukt om het lint af te snijden. Dit om te voorkomen dat per
ongeluk sommige letters van het etiket worden afgesneden.
• Na afdrukken met de # of ## kantlijnbreedte-instelling, drukt u op de
lintafsnijhendel om het etiket af te snijden en vervolgens knipt u met een schaar
het etiket langs de stippellijn (:) af om de tekst in het midden te centreren.
AFDRUKKEN EN AFSNIJDEN
Nadat u de tekst hebt ingevoerd en de gewenste opmaak-instellingen hebt gekozen, bent
u klaar om het etiket af te drukken.
Druk op
. om het etiket af te drukken. Het bericht "PRINT" verschijnt in het
display en het etiket wordt afgedrukt. Het etiket komt uit de lintuitgang aan de
bovenzijde van het apparaat.
Om 25 mm lint door te voeren (bijv. na het afdrukken met de - kantlijnbreedte-
instelling), houdt u
ingedrukt en drukt dan één maal op
. Het bericht "FEED"
verschijnt in het display en het lint wordt doorgevoerd.
Om het etiket af te snijden, drukt u op de lintafsnijhendel aan de rechter bovenzijde
van het apparaat.
Opmerkingen:
• Om beschadiging aan het lint te voorkomen, mag u dit niet afsnijden terwijl het
bericht "PRINT" of "FEED" in het display wordt aangegeven.
• Na afdrukken met de # of ## kantlijnbreedte-instelling, drukt u op de
lintafsnijhendel om het etiket af te snijden en vervolgens knipt u met een schaar
het etiket langs de stippellijn (:) af om de tekst in het midden te centreren.
MEERDERE EXEMPLAREN AFDRUKKEN
U kunt maximaal zeven exemplaren van hetzelfde etiket afdrukken.
Opmerking: Druk op
om de onderstaande procedure voortijdig af te breken
zonder wijzigingen aan te brengen.
1 Draai aan de Function knop totdat REPEAT in het display verschijnt en druk dan op
de Function knop (of op
). Het bericht "1-9?" verschijnt in het display.
2 Draai aan de Function knop (of druk op
of
) totdat het aantal exemplaren
dat u wilt afdrukken rechts in het display verschijnt.
OF
Druk dan op de toets (1 - 9) die correspondeert met het aantal exemplaren dat u wilt
afdrukken.
3 Druk op de Function knop (of op
of
) om de etiketten af te drukken.
Opmerking:
• Na afdrukken met de – kantlijnbreedte-instelling houdt u
ingedrukt en
drukt dan één maal op
om het lint door te voeren, alvorens u op de
lintafsnijhendel drukt om het lint af te snijden.
• Na afdrukken met de #, ## of ### kantlijnbreedte-instelling, drukt u op de
lintafsnijhendel om het etiket af te snijden en vervolgens knipt u met een
schaar langs de stippellijn (:) om de etiketten van elkaar te scheiden.
NUMMERINGSFUNCTIE
Met de nummeringsfunctie kunt u meerdere exemplaren van een etiket afdrukken terwijl u
telkens een bepaald nummer in het etiket met 1 verhoogd, zoals bijvoorbeeld etiketten
met een serienummer (0123, 0124, 0125 enzovoort).
Opmerking: Druk op
om de onderstaande procedure voortijdig af te breken
zonder wijzigingen aan te brengen.
1 Plaats de cursor onder het nummer dat u automatisch wilt verhogen.
2 Draai aan de Function knop totdat NUMBER in het display verschijnt en druk dan op
de Function knop (of op
). Het bericht "1-9?" verschijnt in het display.
3 Draai aan de Function knop (of druk op
of
) totdat het laatste nummer
dat u wilt afdrukken rechts in het display verschijnt.
OF
Druk dan op de toets (1 - 9) die correspondeert met het laatste nummer dat u wilt
afdrukken.
Opmerking: Het laatste nummer dat afgedrukt moet worden, moet groter zijn dan
het nummer dat in de tekst geselecteerd is, anders verschijnt het
bericht "ERROR" in het display wanneer u probeert af te drukken.
4 Druk op de Function knop (of op
of
) om de etiketten af te drukken.
Opmerkingen:
• Na afdrukken met de – kantlijnbreedte-instelling houdt u
ingedrukt en
drukt dan één maal op
om het lint door te voeren, alvorens u op de
lintafsnijhendel drukt om het lint af te snijden.
• Na afdrukken met de #, ## of ### kantlijnbreedte-instelling, drukt u op de
lintafsnijhendel om het etiket af te snijden en vervolgens knipt u met een
schaar langs de stippellijn (:) om de etiketten van elkaar te scheiden.
GEHEUGEN
Het tekstgeheugen dient om bepaalde regelmatig gebruikte zinnen of andere stukken
tekst in op te slaan, zodat u deze naderhand weer vlot kunt oproepen. Een eenmaal
vastgelegd stuk tekst blijft in het geheugen beschikbaar, ook al wist u alle tekst uit het
display door
ingedrukt te houden en dan op
te drukken.
In het geheugen kunnen 300 tekens worden vastgelegd, verdeeld over maximaal negen
tekstbestanden. In ieder bestand kunnen maximaal 55 tekens worden vastgelegd.
VASTLEGGEN VAN TEKST
Opmerking: Druk op
om de onderstaande procedure voortijdig af te breken
zonder wijzigingen aan te brengen.
1 Draai aan de Function knop totdat MEMORY in het display verschijnt en druk dan
op de Function knop (of op
).
2 Draai aan de Function knop (of druk op
of
) totdat STORE verschijnt en
druk dan op de Function knop (of op
). Het bericht "1-9?" verschijnt in het display.
3 Draai aan de Function knop (of druk op
of
) totdat het nummer van het
bestand verschijnt waarin u de tekst wilt vastleggen.
OF
Druk dan op de toets (1 - 9) die correspondeert met het nummer van het bestand
waarin u de tekst wilt vastleggen.
4 Druk op de Function knop (of op
) om de tekst in het bestand vast te leggen.
Opmerkingen:
• Als het bestand dat u gekozen hebt reeds tekst bevat, verschijnt de melding
"ERROR". Druk in dat geval op de Function knop (of op
ander bestandsnummer.
• Als er reeds negen tekstbestanden zijn vastgelegd, verschijnt de melding
"ERROR". Druk in dat geval op de Function knop (of op
de bestanden voordat u de huidige tekst vastlegt.
• Als er reeds 300 tekens in het geheugen zijn vastgelegd, verschijnt de
melding "FULL". Druk in dat geval op de Function knop (of op
een van de bestanden voordat u de huidige tekst vastlegt.
OPROEPEN VAN TEKST
Opmerking: Druk op
om de onderstaande procedure voortijdig af te breken
zonder wijzigingen aan te brengen.
1 Draai aan de Function knop totdat MEMORY in het display verschijnt en druk dan
op de Function knop (of op
).
2 Draai aan de Function knop (of druk op
of
) totdat RECALL verschijnt en
druk dan op de Function knop (of op
). Het bericht "1-9?" verschijnt in het
display.
3 Draai aan de Function knop (of druk op
of
) totdat het bestand verschijnt
dat u wilt oproepen.
OF
Druk dan op de toets (1 - 9) die correspondeert met het nummer van het bestand dat
u wilt oproepen.
4
op de Function knop (of op
) om het display te wissen en de gekozen tekst op
te roepen.
WISSEN VAN EEN TEKSTBESTAND
Opmerking: Druk op
om de onderstaande procedure voortijdig af te breken
zonder wijzigingen aan te brengen.
1 Draai aan de Function knop totdat MEMORY in het display verschijnt en druk dan
op de Function knop (of op
).
2 Draai aan de Function knop (of druk op
of
) totdat DELETE verschijnt en
druk dan op de Function knop (of op
). Het bericht "1-9?" verschijnt in het
display.
3 Draai aan de Function knop (of druk op
of
) totdat het bestand verschijnt
dat u wilt wissen.
OF
Druk dan op de toets (1 - 9) die correspondeert met het nummer van het bestand dat
u wilt wissen.
4 Druk op de Function knop (of op
) om het gekozen tekstbestand te wissen.
MOGELIJKE PROBLEMEN
Probleem
1. De display blijft leeg, nadat u het apparaat
• Controleer of de batterijen op de juiste wijze
hebt aangezet.
in het apparaat zijn geplaatst.
• Zijn de batterijen (bijna) leeg, vervang ze dan
door nieuwe.
• Controleer of de netadapter op de juiste
wijze is aangesloten.
2. Het apparaat drukt niet af, of de geprinte
• Controleer of de lintcassette op de juiste
tekens zijn heel vaag.
wijze is aangebracht.
• Is de lintcassette leeg, vervang deze dan
door een nieuwe.
• Controleer of de breedte van het gebruikte lint
geschikt is voor de ingestelde lettergrootte.
3. De afgedrukte tekens zijn niet goed van
• Zijn de batterijen (bijna) leeg, vervang ze dan
vorm.
door nieuwe.
4. Er komt gestreepte tape uit.
• De lintcassette is leeg. Vervang de cassette
door een nieuwe.
5. Het tekstgeheugen is uit zichzelf gewist.
• Dit kan gebeuren wanneer de batterijen bijna
leeg zijn. Vervang ze door nieuwe.
6. Er komt een niet-geprinte tape uit het
• Het is mogelijk dat er stof op de afdrukkop is.
apparaat.
Verwijder de lintcassette en veeg voorzichtig in een
op-en-neer gaande beweging met een droog
wattenstaafje over de afdrukkop. Probeer daarna
opnieuw om het etiket af te drukken. Als er nog
steeds stof op de afdrukkop is, kunt u het
wattenstaafje met isopropylalcohol bevochtigen en
dan nogmaals voorzichtig over de afdrukkop vegen.
) en kies een
7. Het apparaat is vastgelopen (d.w.z. er
• Schakel het apparaat uit. Houd vervolgens
gebeurt niets wanneer een toets wordt
ingedrukt terwijl het apparaat aan staat).
) en wis een van
daarna
Opmerking: De tekst en formaten in het
) en wis
LIJST VAN MELDINGEN
ERROR
Er is een fout opgetreden.
BATTERY
De batterijen zijn zwak.
B A T T E R Y
De batterijen zijn leeg.
FULL
Het maximaal aantal tekens (55 tekens) is reeds ingevoerd of het
geheugen is vol.
SPECIFICATIES
Toetsenbord:
41 toetsen en 1 draaiknop
Afdruksnelheid:
10 mm/sec.
Tekengrootte:
Standaard grootte
Dubbele breedte
Dubbele hoogte
Dubbele breedte en dubbele hoogte
4 × de breedte & dubbele hoogte
Lettertype:
HELSINKI
Afdruktape:
Drukgevoelig zelfklevend (Alleen TZ TAPE)
Lengte 8 meter
In drie breedten:
12 mm
9 mm
6 mm
7 × 5 dots
1 regel × 8 tekens
LCD:
Stroomvoorziening:
Zes AAA alkaline batterijen (LR03) of als optie een Brother G
wisselstroomadapter (7V, 1,2A)
Automatische uitschakelfunctie
154 mm (W) × 129 mm (D) × 64 mm (H)
Afmetingen:
Gewicht:
400 g (zonder batterijen en tapecassette)
Grootte werkgebied:
55 tekens
Grootte van het
tekstgeheugen:
Max. 300 tekens, 9 tekstbestanden
Oplossing
en
ingedrukt en druk dan op
om het apparaat in te schakelen. Laat
en
los.
display en alle tekstbestanden
in het geheugen worden gewist.

Advertenties

loading