Inhoudsopgave
Advertenties
5.2
OPENING VAN DE DEUREN
IN AUDIO
Tik op het telefoontoestel #222 of #35 in om het deuropeningsbevel te zenden of tik #333 in voor de opening
van de inrit.
IN RUSTTOESTAND
Volg de onderstaande procedure om een deuropeningsbevel te verzenden wanneer u niet in audio bent:
1.
Bel met een PBX-extensie het interne extensienummer, dat overeenstemt met de intercom-
telefooninterface, of bel met een telefoontoestel het telefoonnummer van de openbare lijn waarmee
het is verbonden.
2.
Wacht op het oproepsignaal (standaard 1 belsignaal of het aantal belsignalen dat is ingesteld in de
parameter beschreven in het hoofdstuk
beantwoord") en de daaropvolgende 3 korte antwoordtonen van de interface.
Tik daarna #222 of #35 in om het deuropeningsbevel te zenden of tik #333 in voor de opening van de
3.
inrit.
Als in het systeem de deuropeningsprogrammering in de modus "vrij" is geconfigureerd, is het
mogelijk om de deuropenercommando's in de rusttoestand te gebruiken.
5.3
ZENDEN VAN ACTIVERINGSCODES VOOR SPECIALE
DECODERING 1083/80
Als het video-intercomsysteem is uitgerust met een of meer speciale decoders Sch. 1083/80, die correct zijn
geconfigureerd, is het mogelijk om tot 7 speciale functies te activeren (bijvoorbeeld: trappenhuisverlichting,
tuinverlichting, enz.).
IN AUDIO
Tik op het telefoontoestel #441 of #37 in om de speciale code 1 naar de decodering te verzenden of tik
#44X in, waar X een nummer is van 2 tot 7 dat verwijst naar het nummer van de speciale code die naar
dedecodering wordt verzonden. Door bv. #447 in te tikken wordt de speciale code 7 naar de decodering
gezonden.
IN RUSTTOESTAND
Volg de onderstaande procedure om een speciale code voor decodering te verzenden wanneer u niet in
gesprek bent:
1.
Bel met een PBX-extensie het interne extensienummer, dat overeenstemt met de intercom-
telefooninterface, of bel met een telefoontoestel het telefoonnummer van de openbare lijn waarmee
het is verbonde.
2.
Wacht op het oproepsignaal (standaard 1 belsignaal of het aantal belsignalen dat is ingesteld in de
parameter beschreven in het hoofdstuk
beantwoord") en de daaropvolgende 3 korte antwoordtonen van de interface.
Tik daarna #441 of #37 in om de speciale code 1 naar de decodering te verzenden of tik #44X in, waar
3.
X een nummer is van 2 tot 7 dat verwijst naar het nummer van de speciale code die naar dedecodering
wordt verzonden. Door bv. #447 in te tikken wordt de speciale code 7 naar de decodering gezonden.
6.
TOEGANG TOT DE PROGRAMMEERMODUS EN
CONFIGURATIE VAN DE PARAMETERS
In het volgende hoofdstuk wordt de programmering beschreven van de parameters van de intercom-
telefooninterface Sch. 1083/87.
Om een parameter van de intercom-telefooninterface te programmeren, is het altijd nodig om naar de
programmeermodus te gaan door de onderstaande procedure te volgen:
1.
Bel het extensienummer dat overeenstemt met de intercom-telefooninterface of het nummer van de
openbare lijn waarmee het is verbonden.
AANDACHT! Het is niet mogelijk om de intercom-telefooninterface te programmeren via een analoge
telefoon die parallel is aangesloten op de PSTN-lijn.
2.
Wacht op het oproepsignaal (standaard 1 belsignaal of het aantal belsignalen dat is ingesteld in de
8
"Aantal belsignalen voordat een telefoongesprek wordt
"Aantal belsignalen voordat een telefoongesprek wordt
DS1083-172
Advertenties
Inhoudsopgave
