Als het product in de AUTOMATISCHE modus staat en de omgevingsvoelers van de gekanaliseerde
zones aanwezig en ingeschakeld zijn, dan gaat u door op de toets
omgevingstemperatuur te bevestigen, door naar de instelling van de omgevingstemperaturen van de gekanaliseerde
zones 2 en 3. Hierbij worden de omgevingstemperatuur van de gekanaliseerde zone en de ingestelde temperatuur
weergegeven
Bij HANDMATIGE WERKING:
Instelling van het vermogen
Wijzig het vermogensniveau (weergegeven door het vlamsymbool) met de toetsen "+" en "-".
Druk op een toets en het display wordt geactiveerd. Druk vervolgens
op de toets
Het symbool "SET" of "MAN" verschijnt knipperend; de symbolen van de werkingsmodus, vermogen en ventilatie
verdwijnen.
Wijzig de instelling met de toetsen
zonder op een toets te drukken.
- REGELING VAN DE VENTILATIE
De regeling van de ventilatie is toegankelijk via het menu. Zie de betreffende paragraaf
GEBRUIKSAANWIJZING
of
. Bevestig de instelling met de toets
GEBRUIKER
om de instelling van de
of wacht 5 minuten
9