9.5
Kleine werkstukken.
Plaats de machine bij het werkstuk.
De zijkant van de machine moet strijken tegen de zijkant van het werkstuk.
9.6
Zaaggroeven
Verplaats de motorbasis naar achter.
Plaats de machine bij het werkstuk.
Breng de machine in de positie (zie positionering van de machine)
Houd de machine met beide handen vast en zet deze aan.
Duw de motorbasis zorgvuldig zo ver mogelijk naar voor.
Verplaats de motorbasis naar achter en zet de machine uit.
9.7
De werkstukken verbinden
Als de groeven in beide werkstukken zijn aangebracht, kunnen de werkstukken worden
samengevoegd.
Breng lijm aan in beide groeven.
Haal de drevel doorheen de groef van één werkstuk.
Plaats het andere werkstuk op de drevel.
Zet de werkstukken vast en wacht tot de lijm droog is.
9.8
De snijdiepte controleren
Controleer steeds de snijddiepte na de montage van een zaagblad.
Koppel de stekker los van het stopcontact.
Verplaats de motorbasis (14) zo ver mogelijk naar achter.
Zet de snijddiepte op de maximum stand door de diepteregelknop (6) te verdraaien.
Verplaats de motorbasis naar voor tot de pen in de keep van de regelknop (6) valt.
Verdraai het zaagblad tot één tand van het zaagblad in de voorpositie staat.
Meet de afstand van de zijkant van de basisplaat tot de tand van het zaagblad.
Controleer of de afstand 19mm is. De maximum positie is 18mm.
9.9
De snijdiepte instellen
Als de snijddiepte niet correct is, kan deze als volgt worden bijgesteld:
Verplaats de motorbasis (14) zo ver mogelijk naar achter.
Zet de pen los.
Stel de snijddiepte in door de schroef aan de achterkant van de pen los te draaien.
Herhaal de procedure tot de snijddiepte correct is.
Zet de pen vast.
10 REINIGING EN ONDERHOUD
Opgelet ! Trek de netstekker uit de contactdoos alvorens werkzaamheden
aan het apparaat te verrichten.
10.1
Reiniging
Reinig de ventilatiesleuven van de machine om oververhitting van de motor te voorkomen.
Reinig regelmatig de behuizing van de machine met een zachte doek, bij voorkeur na
ieder gebruik.
Houd de ventilatiesleuven vrij van stof en vuil.
Als het vuil niet verwijderd kan worden, gebruik dan een zachte doek bevochtigd met
zeepwater.
Gebruik nooit oplosmiddelen zoals benzine, alcohol, ammoniawater, etc.
Deze oplosmiddelen kunnen de plastic onderdelen beschadigen.
Copyright © 2015 VARO
POWX131
P a g e
| 8
NL
www.varo.com