3
Beschrijving van het
apparaat
Installatie op een plat dak.
Q
Q
Luchtuitlaat naar boven.
Q
Q
Bevestigingsmiddelen moeten door de klant worden
Q
Q
voorzien.
Bij een luchtafvoerweg van meer dan 6 m of bij hoge
Q
Q
drukverliezen moet bij de platdakmotor een extra
Universal motorcomponent worden gebruikt.
Als er twee motorcomponenten in één
Q
Q
luchtafvoerkanaalsysteem aanwezig zijn, moet tussen
deze twee motoren een minimale afstand van 3 m
worden voorzien.
3.1
Opbouw
1
6
5
Afb. 3.1
Opbouw platdakmotor
[1]
Motorunit
[2]
Luchtuitlaat
[3]
Voetstuk
[4]
Flexibele slang met geïntegreerde terugslagklep
[5]
Stuurkabel met aansluitstekker, 10 m
[6]
Netkabel met aansluitstekker, 10 m
www.bora.com
2
3
4
Beschrijving van het apparaat
NL
5