Installatie locatie
Controleer of het oppervlak waarop het product wordt
•
geïnstalleerd vlak is en het gewicht van het product zelf en de
inhoud ervan kan dragen (zie technische gegevensplaat).
Het product moet worden geplaatst met inachtneming van de
•
ruimte die nodig is om onderhoudswerkzaamheden uit te
voeren.
Installatie
Maak verbindingen met de aan- en afvoerleidingen zodat deze:
•
Geen belasting vormen op basis van hun gewicht op het product
•
zelf;
Garanderen de dichtheid van de verbindingen onder druk die in
•
het buffervat zit.
De
CHARGER
•
geïnstalleerd.
De CHARGE kan worden losgekoppeld (bijv. om onderhoud uit
•
te voeren).
De bedrijfsdruk mag niet lager zijn dan 0,1 MPa (ongeveer 1
•
bar).
De bedrijfsdruk mag niet hoger zijn dan 0,6 MPa (ongeveer 6
•
bar). Als deze waarde wordt overschreden, moet deze worden
verlaagd door een drukregelaar te installeren.
Het afvoergat van de veiligheidsklep mag nooit worden
•
afgesloten. (veiligheidsklep te leveren en monteren door
installateur)
Rust het systeem uit met een expansievat op het circuit in
•
overeenstemming met Richtlijn 2014/68 / EU en met een
capaciteit die voldoende is voor het volume en de hoge
temperaturen van het systeem, om het te beschermen tegen
overdruk.
Elektrische
•
gekwalificeerd personeel in overeenstemming met de huidige
regelgeving.
Verbind de metalen massa van de tank met een aardnet.
•
Controleer de hardheid van het water dat niet minder dan 15 ° f
•
moet
in
verbindingen
een
verticale
moeten
worden
7
positie
worden
gemaakt
door