4. Druk op de linkermuisknop en houd deze ingedrukt, en beweeg de muis over het beeld om een blauwe rechthoekige
lijn rondom het kalibratie-object te maken.
5. Selecteer het tabblad Low Resolution (Lage resolutie).
6. Druk op de linkermuisknop en houd deze ingedrukt, en sleep de muis om een rechthoek rondom het kalibratie-object
te tekenen.
7. Selecteer Calibrate (Kalibreren).
laten verlopen.
8. Beoordeel ieder tabblad om ervoor te zorgen dat het kalibratie-object succesvol is vastgelegd en er geen ander object
per ongeluk in het zicht van de camera is geplaatst.
9. Selecteer Save (Opslaan). De eenheid start automatisch opnieuw op om de kalibraties van de camera toe te passen.
Afbeelding 7-10. Kalibratie objectgrenzen
Afbeelding 7-11. Tabblad Lage resolutie
moet op ieder tabblad worden weergegeven om de kalibratie succesvol te
© Rice Lake Weighing Systems ● Alle rechten voorbehouden
Installatie
37