3.2 Energie besparen
Als u deze aanwijzingen opvolgt, verbruikt uw apparaat
minder stroom.
Pas de ventilatiestand aan de intensiteit van de kook-
damp aan.
¡ Een lagere ventilatiestand betekent minder energie-
verbruik.
Gebruik de intensiefstand alleen wanneer dit nodig
is.
Kies bij intensieve kookdampen op tijd een hogere
ventilatiestand.
¡ De geuren verdelen zich minder in de ruimte.
Functies
4 Functies
4.1 Gebruik met circulatielucht
De aangezogen lucht wordt door de vetfilters en een
geurfilter gereinigd en weer teruggeleid in de ruimte.
Monteer een geurfilter om geurtjes te
voorkomen bij het gebruik van de circu-
latiefunctie. De verschillende manieren
om het apparaat met circulatielucht te
gebruiken, vindt u in onze catalogus of
kunt u navragen bij uw speciaalzaak.
Het daartoe benodigde toebehoren is
verkrijgbaar bij de speciaalzaak, de
klantenservice of in de online-shop.
→ "Accessoires", Pagina 13
Schakel de verlichting uit wanneer deze niet langer
nodig is.
¡ Als de verlichting is uitgeschakeld, verbruikt deze
geen energie.
De filter met de opgegeven intervallen reinigen of ver-
vangen.
¡ De effectiviteit van het filter blijft behouden.
Het kookdeksel erop plaatsen.
¡ De kookdampen en de condens verminderen.
Gebruik de extra functies alleen indien nodig.
¡ Het uitschakelen van de extra functies reduceert
het stroomverbruik.
Functies nl
5