Aanvoerwatertemperatuur: Afgiftesysteem
#
Code
[A.3.1.1.7]
[9-0B]
Reactietijd van het systeem:
▪ 0 (Snel) (standaard)
Voorbeeld: Klein watervolume en
kleine ventilatorconvectoren.
▪ 1 (Langzaam)
Voorbeeld:
grote vloerverwarminglussen.
Afhankelijk van het
systeemwatervolume en het type van
warmteafgiftesystemen kan het langer
duren om een ruimte te verwarmen.
Deze instelling kan een langzaam of
een snel verwarmingssysteem
compenseren door de capaciteit van de
unit aan te passen tijdens de
verwarmcyclus.
5.2.6
Het warm tapwater regelen
#
Code
[A.4.1]
[6-0D]
Warm tapwater Instelpuntstand:
▪ 0 (Uitsl warmhoudn)(standaard): Enkel
warmhouden is toegestaan.
▪ 1 (Warmh + gprog): Idem als 2, maar
warmhouden is toegestaan tussen de
geplande verwarmcycli.
▪ 2 (Uitsl geprog): De tank voor warm
tapwater kan ALLEEN volgens een
programma opgewarmd worden.
[A.4.5]
[6-0E]
De maximumtemperatuur die gebruikers
kunnen selecteren voor het warm
tapwater. U kunt deze instelling
gebruiken om de temperatuur uit de
warmwaterkranen te beperken.
INFORMATIE
De
kans
bestaat
ruimteverwarmingscapaciteit
comfortproblemen voorkomen (wanneer regelmatig warm
tapwater
bereid
wordt
ruimteverwarmingsonderbrekingen zich voordoen) bij het
selecteren
van
[6‑0D]=0
Instelpuntstand=Uitsl warmhoudn).
5.2.7
Contact/helpdesknummer
#
Code
[6.3.2]
Nvt
Nummer waarnaar gebruikers kunnen
bellen wanneer problemen zich
voordoen.
EGSQH10S18AA9W
Daikin Altherma geothermische warmtepomp
4P351747-1G – 2018.02
Beschrijving
Groot
watervolume,
Beschrijving
dat
er
te
weinig
is
en
er
dus
of
regelmatig
langdurige
([A.4.1]
Warm
tapwater
Beschrijving
5.3
De geavanceerde configuratie/
optimalisatie
5.3.1
De ruimteverwarming: geavanceerd
Vorstbescherming kamer
OPMERKING
Als Noodgeval op Handm ([A.6.C]=0) is ingesteld en de
unit wordt getriggerd om het noodbedrijf te starten, zal de
gebruikersinterface eerst hiervoor een bevestiging vragen
vooraleer te starten. Zelfs wanneer de gebruiker het
noodbedrijf NIET bevestigt, blijft vorstbescherming kamer
ingeschakeld.
5.3.2
De instellingen voor de warmtebronnen
Automatische noodstop
Indien de warmtepomp weigert te werken, kan de back-
upverwarming als noodverwarming werken en al dan niet
automatisch de volledige warmtebelasting overnemen.
▪ Wanneer de automatische noodfunctie is ingesteld op Automat en
er zich een storing voordoet in een warmtepomp, zal de back-
upverwarming automatisch de warmtebelasting overnemen.
▪ Wanneer automatische noodstop is ingesteld op Handm en er
zich een storing voordoet in de warmtepomp, stoppen het
aanmaken van warm tapwater en het verwarmen van ruimten en
moet
het
systeem
handmatig
gebruikersinterface zal u dan vragen of de back-upverwarming de
volledige warmtebelasting al dan niet moet overnemen.
Als er zich een storing in de warmtepomp voordoet, zal
gebruikersinterface verschijnen. Indien niemand gedurende langere
periodes in het huis aanwezig is, adviseren wij instelling [A.6.C]
Noodgeval op Automat in te stellen.
#
Code
[A.6.C]
Nvt
Noodgeval:
▪ 0: Handm (standaard)
▪ 1: Automat
INFORMATIE
De instelling van de automatische noodstop kan alleen in
de menustructuur van de gebruikersinterface worden
ingesteld.
INFORMATIE
Indien er zich een storing voordoet in de warmtepomp en
[A.6.C] is ingesteld op Handm, blijven de functies
Vorstbescherming
kamer,
vloerverwarming
en
ingeschakeld, zelfs wanneer de gebruiker het noodbedrijf
NIET bevestigt.
5.3.3
De systeeminstellingen
De besturing energieverbruik
OPMERKING
Tijdens periodes waarin heel veel capaciteit wordt
gevraagd (voorbeeld: de functie Dekvloer drogen), kan de
vermogenbeperking worden ingeschakeld overeenkomstig
de afmetingen van de pekelcollector.
5 Configuratie
worden
hersteld.
op de
Beschrijving
Dekvloer
drogen
van
Vorstbescherming
waterleidingen
Installatiehandleiding
De
de
19