Als de temperatuurbegrenzingsregelaar is geactiveerd:
•
Druk op de aan/uit-schakelaar (1 1) en koppel de stroomaansluiting los door de stekker (1 3) uit het stopcontact te
trekken en laat het apparaat afkoelen
•
Sluit na de afkoelperiode de stroomaansluiting weer aan door de netstekker (1 3) in het stopcontact te steken en u kunt
het apparaat na het inschakelen met de aan/uit-schakelaar (1 1) gewoon terug gebruiken
Een verminderde zuigkracht kan de volgende oorzaken hebben:
•
De pompstekker (2 3) van de afvalwaterpomp (2 4) is niet in de bus (1 2) op de zuigkop (1 1) gestoken
•
De afdichting van de zuigkop (1) sluit niet goed af waardoor het vacuüm in het apparaat wordt verstoord en lucht wordt
aangezogen
•
De netzak (2 8) in de tank is te vol Schakel het apparaat uit met behulp van de aan/uit-schakelaar (1 1) en ontkoppel de
stroomaansluiting door de stekker uit het stopcontact (1 3) te trekken Open de sluitclips (2 6) en verwijder de zuigkop
(1) van de tank (2) Verwijder de netzak en leeg deze
•
De aanzuigopening van de afvalwaterpomp (2 4) is verstopt Schakel het apparaat uit met behulp van de aan/uit-
schakelaar (1 1) en ontkoppel de stroomaansluiting door de stekker uit het stopcontact (1 3) te trekken Open de sluitclips
(2 6) en verwijder de zuigkop (1) van de tank (2) Volg nu de instructies voor het reinigen van de afvalwaterpomp in
paragraaf 6 2 2
Het apparaat kantelt tijdens gebruik:
•
Trek onmiddellijk en zonder vertraging de stekker (1 3) uit het stopcontact!
•
Zet het apparaat terug in de oorspronkelijke positie en druk eenmaal op de aan/uit-schakelaar (1 1)
•
Open de sluitclips (2 6) op de zuigkop (1) en verwijder de zuigkop (1) om eventueel achtergebleven water en vuil in de
tank (2) te verwijderen Zorg ervoor dat de pompstekker (2 3) niet in contact komt met water en vuil
•
Alvorens het werk te hervatten door het apparaat met de aan/uit-schakelaar (1 1) in te schakelen, moet u controleren of
er geen vloeistof in de zuigkop (1) is gekomen
Andere mogelijke problemen:
•
De zuigslang (3) is verstopt Controleer en verwijder de vreemde voorwerpen
•
De afvoerslang (4) is verstopt Controleer en verwijder de vreemde voorwerpen
•
Het reinigingsopzetstuk (6, 7) is verstopt Controleer en verwijder de vreemde voorwerpen
•
De opvoerhoogte is te hoog voor de afvalwaterpomp (2 4) of de afvoerslang (4) ligt te steil omhoog
•
De zuighoogte is te hoog Plaats het apparaat op een lagere locatie dichter bij het wateroppervlak
6.
Onderhoud, schoonmaak en herstellen van de vijverstofzuiger
6.1
Onderhoud en schoonmaak tijdslijn
Het product moet na elk gebruik worden gereinigd en onderhouden Bovendien moet een korte geschiktheidscontrole
(zie rubriek 5 1 3) worden uitgevoerd voordat het product wordt gebruikt De gebruiker mag geen andere onderhouds- of
reinigingswerkzaamheden uitvoeren dan de in deze instructies vermelde procedures Neem bij problemen contact op met
uw vakhandelaar of de fabrikant
6.2
Hoe het product schoonmaken
Opgelet!
Het product moet tijdens reiniging en onderhoud te allen tijde worden losgekoppeld van het elektriciteitsnet
6.2.1 De zuigkop en tank reinigen
•
Trek de pompstekker (2 3) uit het contact (1 2) op de zuigkop (1)
•
Open de sluitclips (2 6) op de tank (2), til de zuigkop (1) van de tank (2) en veeg deze af met een droge doek
Opgelet!
Zuigkop (1) en netstekker (1 3) mogen niet worden bespat of ondergedompeld in water
•
Haal het sponsfilter uit de vlottermand en spoel het grondig uit om vuil te verwijderen Bevestig vervolgens het sponsfilter
weer aan de vlottermand
•
Giet het vuil uit de tank (2) en spoel de tank (2) met water Zorg ervoor dat de pompstekker (2 3) niet in contact komt met
water en vuil
•
U kunt het apparaat vervolgens weer in elkaar zetten Sluit de sluitclips (2 6) om de zuigkop (1) stevig op de tank (2) te monteren
6.2.2 De afvoerpomp reinigen
12
•
Trek de pompstekker (2 3) uit het contact (1 2) op de zuigkop (1)
T e c h n o l o g i e v o o r s c h o n e v i j v e r s