Gebruik van de laser in de automatische modus
(zelf nivellerend):
In de automatische modus heeft de laser een zelf nivelleer
bereik van ± 5°, de horizontale laserlijn en de verticale laserlijn
kunnen apart of tegelijkertijd worden geprojecteerd.
1. Haal de laser uit de verpakking en plaats deze op een
vaste en niet vibrerende ondergrond of op een statief.
2. Schakel de aan-/uitschakelaar (#1) naar de ON-positie.
De laser projecteert simultaan een horizontale en verticale
laserlijn en het groene indicatielampje gaat branden.
3. D.m.v. de Modusknop kunt u kiezen voor het werken met
een horizontale lijn of een verticale lijn.
4. Gebruik de verstelbare metalen pootjes (#2) om de hoogte
van de horizontale laserlijn te wijzigen.
5. Indien de laser geplaatst is op een hellend oppervlak van
meer dan 5°, gaan de laserstralen knipperen. In dit geval
verplaatst u de laser naar een minder hellend oppervlak.
6. Voordat de laser wordt opgeborgen of verplaatst schakelt
u de aan-/uitschakelaar (#1) naar de OFF-positie, dit ver
grendeld en beschermd de hellingshoekmeter.
10
LASER
GEBRUIKSAANWIJZINGEN