2.5
Veiligheid tijdens onderhoud
2.5.1
Algemene informatie
De machine mag alleen worden onderhouden door personen die hiervoor de
juiste specialistische training hebben gevolgd.
De onderhoudswerkzaamheden en -intervallen in de handleiding moeten wor-
den nageleefd.
Voor het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden is werkplaatsapparatuur
nodig die geschikt is voor het soort werk.
De volgende veiligheidsmaatregelen moeten in acht worden genomen voordat
met onderhoudswerkzaamheden wordt begonnen:
- Plaats het apparaat zo dat de operatieplaats gemakkelijk bereikbaar is.
- Machine naar de overeenkomstige bedrijfsstatus.
Na voltooiing van onderhoudsactiviteiten:
- Zet de machine volledig in elkaar.
- Als er bedieningselementen of veiligheidsinrichtingen zijn verwijderd, moe-
ten deze worden teruggeplaatst en moet de werking ervan worden gecon-
troleerd.
- Draai losgeraakte schroefverbindingen weer vast. Breng de schroefvergren-
delingen opnieuw aan.
2.5.2
Schoonmaken
Gebruik geen bijtende, schadelijke of milieubelastende stoffen om het appa-
raat te reinigen.
Voer reinigingsmiddelen op een milieuvriendelijke manier af.
Gebruik in geen geval hogedrukreinigers, waterstralen of perslucht om het ap-
paraat schoon te maken.
16
Gebruiksaanwijzing
AirMaxPro 8.0 / AirMaxPro 158 XL Bouwdroger
BA-05-000001-01-NL
2024-02-13