Inhoudsopgave
Advertenties
Versnijdingstoilet
8 .3 Inlaatleiding vereisten
Voor zeewater-spoelmodellen:
• Buitenboordkraan en inlaatwaterleiding (niet bij
toilet geleverd):
– 3/4 in. (19 mm) buitenboordkraan met volledige
doorstroming en 3/4 in. (19 mm) ID flexibele
slang. Neem de montage-instructies van de
fabrikant van de buitenboordkraan in acht.
– Controleer of de inlaat-buitenboordkraan steeds
onder de waterlijn is, ook tijdens elke mate van
overhelling.
– Controleer of geen van de
inlaatslangverbindingen scherpe bochten heeft of
verstopt is.
– Gebruik twee roestvrijstalen slangklemmen voor
elke verbinding.
– Ondersteun de inlaatslangen elke 3 ft. (0,9 m) om
onbedoelde beweging te bepreken.
– Houd de slangen zo kort mogelijk. Verwijder
doorbuigingen of lage punten die de
doorstroming kunnen hinderen.
• Waterinlaatzeef (niet bij toilet geleverd):
– 100-mazige zeef wordt aanbevolen
tussen de inlaat-buitenboordkraan en het
zeewaterspoeltoilet.
• Inlaat-terugslagklep voor boven de
waterlijnmontage (niet bij toilet geleverd):
– Een terugslagklep moet worden gemonteerd in
inlaat-toevoerleiding om te garanderen dat de
zeewaterpomp van de toilet tussen de spoelingen
opgevoerd blijft.
– Terugslagklep moet zich zo dicht als mogelijk
bevinden bij de inlaat-buitenboordkraan
(Afb. 8, 9).
• Geventileerde lus (niet bij toilet geleverd):
– Als de toiletrand tijdens overhellen, trimmen
of laden minder dan 8 in. (20 cm) boven de
hoogste waterlijn kan zijn, moet een 3/4 in. (19
mm) geventileerde lus worden gemonteerd in de
inlaatslang tussen de buitenboordkraan en het
toilet (Afb. 10, 11).
NL
– Geventileerde lus moet minimaal 8 in. (20 cm)
boven de hoogst mogelijk waterlijn tijdens
overhellen, trimmen of laden zijn gepositioneerd.
Monteer een geventileerde lus die niet voorkomt
I
dat de vereiste waterstroom naar het toilet stroomt,
als het toilet wordt gespoeld. Een type met
elektrische magneetklep wordt aanbevolen.
Waarschuwing!
Sluit geen inlaatleiding van een onbehandeld-
watertoilet aan op een onder druk staand
drinkwatersysteem. Dit leidt tot een ononderbroken
lopende drinkwaterpomp waardoor de toiletpot
kan overstromen, de boot kan vollopen en
materieel verlies of dood het gevolg kunnen zijn.
Waarschuwing!
Sluit een inlaatleiding van een onbehandeld-
watertoilet nooit aan op een drinkwatersysteem.
Dit kan leiden tot contaminatie van het
drinkwatersysteem. Als drinkwater gewenst is,
moet de drinkwaterversie van het toilet worden
aangeschaft of een aparte drinkwatertank
uitsluitend voor het toilet worden gemonteerd.
Voor drinkwater-spoelmodellen:
• Inlaatwaterleiding (niet bij toilet geleverd):
– 0,5 in. (13 mm) ID flexibele slang met 1/2 in. NPT
fitting verbinding met toiletwaterklep.
• Uitschakelklep in inlaatleiding (niet bij toilet
geleverd):
– Voor reiniging en onderhoud van het toilet.
8 .4 Uitlaatleiding vereisten
Voor zeewater-spoelmodellen:
• Buitenboordkraan en afvoerslang (niet
bijgeleverd):
– 1 in. (25 mm) of 1,5 in. (38 mm) buitenboordkraan
met volledige doorstroming en flexibele slang om
vuil naar een tank te leiden met een afvoerpomp,
of het direct overboord te leiden. Neem de
montage-instructies van de fabrikant van de
buitenboordkraan in acht.
Installatie
13
Advertenties
Inhoudsopgave
