en zowel met de momenteel geldende voorschriften voor gezondheid en
veiligheid op het werk als met de voorschriften voor ongevallenpreventie.
De instructies en opmerkingen in de handleiding MOETEN in acht worden
genomen en worden nageleefd.
BEDOELD GEBRUIK
2.3
De tourniquet is bedoeld om de toegang tot een specifiek(e) terrein, ruimte
of locatie te regelen.
De tourniquet is zowel bedoeld voor industrieel als voor particulier gebruik.
De tourniquet wordt in bedrijf gesteld volgens de met de gebruiker
overeengekomen opties. De relevante opties worden vastgelegd tijdens
de overdracht.
Lees deze gebruikershandleiding zorgvuldig voordat u de tourniquet gebruikt.
VEILIGHEID TIJDENS GEBRUIK
2.4
Kinderen of mensen met een beperking mogen de tourniquet niet bedienen.
Ouders moeten toezicht houden op hun kinderen om te voorkomen dat deze
met de tourniquet spelen.
OUDERS ZIJN VERANTWOORDELIJK VOOR HUN KINDEREN
De rotor van de tourniquet moet vrij kunnen bewegen zonder dat
•
er obstakels in de doorgang van de tourniquet zijn.
•
Steek geen voorwerpen door, boven of onder de tourniquet die
de tourniquet zouden kunnen blokkeren.
Klim niet op de rotor en beweeg er niet mee. Dit kan letsel veroorzaken.
•
Zorg er altijd voor dat de kap van de tourniquet vergrendeld is.
•
Gebruik de tourniquet niet om personen te evacueren.
•
In geval van nood moeten daarvoor bestemde nooddeuren/-uitgangen
•
worden gebruikt.
Duw of leun niet op de rotor. Duwen op de rotor kan leiden tot overmatige
•
wrijving op het vrijgavemechanisme; de rotor wordt mogelijk pas
vrijgegeven als er geen druk meer op de rotor wordt uitgeoefend.
VEILIGHEID TIJDENS MONTAGE, ONDERHOUD EN DEMONTAGE
2.5
Wanneer er werkzaamheden aan de tourniquet worden uitgevoerd of
•
deze wordt gereinigd, moet de stroomtoevoer naar het systeem worden
uitgeschakeld en moet ervoor worden gezorgd dat deze niet onverwacht
kan worden ingeschakeld.
Gebruik de benodigde persoonlijke veiligheidsuitrusting.
•
NL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding - 1.0 | 2018
9