1.3
Gebruiksveiligheid
Lees deze instructies voor gebruiksveiligheid en volg de instructies op wanneer u het
laspistool installeert, bedient of er onderhoud aan pleegt.
lasboog en lasspatten
De lasboog kan schadelijk zijn voor onbeschermde ogen. Wees u ook bewust van het risico
voor anderen in en om de werklocatie, want weerspiegelingen van de boog en boogflits
vormen een aanzienlijk risico. De lasboog en hete spatten kunnen onbeschermde huid
verbranden. Gebruik de voorgeschreven veiligheidsuitrusting en beschermende kleding van
goede kwaliteit.
brand- en explosiegevaar
Houd u aan de plaatselijke regelgeving voor brandveiligheid en voer een gepaste
risicoanalyse uit voordat u aan het werk gaat. Verwijder brandbare en explosieve materialen
van de laslocatie. Zorg dat er altijd geschikte blusapparatuur beschikbaar is. Wees u bewust
van de risico's van lassen, zoals het gevaar van brand of explosie wanneer u werkstukken van
het containertype last of wanneer u in afgesloten ruimtes last.
ATTENTIE!
voltooid!
netspanning
Plaats het lasapparaat nooit binnen een werkstuk (zoals een container of vrachtwagen). Zet
het lasapparaat niet op een nat oppervlak. Controleer altijd de kabels voordat u het apparaat
gebruikt. Vervang defecte kabels onmiddellijk. Defecte kabels kunnen letsel veroorzaken en
kunnen het risico van brand vergroten. Aansluitkabels en slangen moeten worden beschermd
tegen beschadiging door zware voorwerpen, scherpe randen en hete werkstukken.
lasstroomcircuit
Bescherm uzelf door gepaste, beschermende kleding te dragen die geschikt is voor de
lastoepassing en de omgeving. Werk niet in een natte of vochtige omgeving. Draag tijdens
het lassen geen natte kleding. Gebruik nooit apparaten met defecte of beschadigde kabels.
Leg het laspistool alleen in een daartoe bestemde pistoolhouder op het lasapparaat wanneer
dit actief is. Richt het laspistool nooit op uw gezicht of op dat van een ander.
NL
lasdampen
Zorg voor voldoende ventilatie tijdens het lassen. Houd u aan veiligheidsaanbevelingen
en voorzorgsmaatregelen bij het lassen van metalen die lood, cadmium, zink, kwik of
beryllium of andere schadelijke stoffen bevatten. Zorg dat u gepaste, beschermende
ademhalingsapparatuur draagt die geschikt is voor de lastoepassing, de omgeving en de
gelaste materialen.
4
MMT 42C
Door lasvonken en hete spatten kan brand ontstaan, zelfs nog uren nadat het werk is