▸ Toestel uitschakelen: de toets
4.2
Kookzone instellen
▸ De slider
overheen maken om het vermogensniveau in te stellen.
4.3
Kookzone uitschakelen
▸ Op de slider het vermogensniveau « » aantippen of naar « » glijden.
– Als verder niets wordt ingevoerd en de andere kookzones uitgeschakeld zijn, wordt
het toestel na 10 seconden uitgeschakeld.
4.4
Restwarmte-indicatie
Zolang gevaar voor verbranding bestaat, wordt na het uitschakelen
weergegeven.
Als het kookveld ingeschakeld is,
– schakelt het display om tussen
restwarmte-indicator bevindt.
– brandt
als zich geen kookgerei op de kookzone met restwarmte-indicator be-
vindt.
4.5
Overzicht vermogensniveaus
Vermo-
gensniveau
Smelten, voorzichtig
Doorkoken, inkoken,
Doorkoken, smoren
Behoedzaam braden
4.6
Smeltfunctie
Met de smeltfunctie
worden gesmolten.
Smeltfunctie inschakelen
▸ De toets
1× aantippen.
– Het symbool
aantippen.
van de gewenste kookzone aantippen of een glijdende beweging er-
Gaarproces
Smelten
Warmhouden
Sudderen
regenereren
Wellen
stoven
Braden, frituren
Scherp braden
Snel verhitten
kan bijv. boter, chocolade of honing op ca. 40 °C behoedzaam
brandt.
en
als zich kookgerei op de kookzone met
Praktische toepassing
Boter, chocolade, gelatine, sauzen; ca. 40 °C
Gerechten warmhouden, ca. 65 °C
Watertemperatuur blijft onder het kookpunt
Boter, chocolade, gelatine, sauzen
Groente, aardappelen, sauzen, fruit, vis
Deegwaren, soepen, smoorvlees
Rösti, omeletten, gepaneerde gerechten,
braadworsten
Vlees, patates frites
Water aan de kook brengen
4 Bediening
op het display
Rijst
Steaks
13