6.4.6 Smart Grid aansluiting (PV)
Als u de warmtepompboiler op een PV-installatie hebt aangesloten, moet
u de Smart Grid functie activeren.
Selecteer afhankelijk van de beschikbare PV-voeding de juiste
voedingsbron (vermogensniveau) uit de opties "Alleen WP", "Alleen
EL", "WP + EL". Houd er rekening mee dat de extra verwarming 2,0 kW
± 10% verbruikt.
Als het PV-contact gesloten is, bedient u dan uw warmtepompboiler met
eigen stroom. Het display toont nu de huidige werkingsmodus die door
het menu wordt gespecificeerd ("alleen WP", "alleen EL", "WP + EL").
De streeftemperatuur komt overeen met de afzonderlijk instelbare
parameters die horen bij de bedrijfsmodi PV-WP en PV-EL. Als de
omvormer "in bedrijf" is, schakelen de bedrijfsmodus en het display naar
de normale bedrijfsmodus.
De warmtepomp werkt met een hysterese van + 1 ° C / -3 ° C ten
opzichte van het setpoint. De elektrische boosterverwarming werkt met
een hysterese van ± 1 ° C.
De streeftemperatuur voor de "Alleen WP" -werking wordt ingesteld via
het menu-item in een temperatuurbereik van 5 ° C tot Tmax. De
fabrieksinstelling is 52 ° C.
De streeftemperatuur voor gebruik met / door extra verwarming wordt
ingesteld via het menu-item "PV-EL" in een temperatuurbereik van 5 ° C
tot Tmax. De fabrieksinstelling is 53° C.
Het Smart Grid-contact kan ook worden gebruikt voor dubbele meters.
De bedrading gebeurt op dezelfde manier als in het PV-systeem. In
plaats van het PV-contact wordt hier een contact van het
energiemanagement systeem gebruikt.
De streeftemperatuur wordt ingesteld via de menu-items
"PV-WP" of "PV-EL".
De insteltemperatuur "Tsoll" wordt gebruikt in de HT-modus om het
minimale comfort te bepalen (met WP). "Tmin" definieert de
drempelwaarde voor de activering van de secundaire energie.
Voorbeeld van instelling voor dubbele meters:
"PV-WP" = 55°C: de warmtepompboiler wordt tijdens de
laagtariefperiode tot 55°C verwarmd "Tsoll" = 45°C: bij een hoge
warmwaterbehoefte wordt de WP vrijgegeven zodra de temperatuur
onder de 45° C zakt (ongeacht NT of HT), dit zorgt voor een optimaal
comfort tegen minimale kosten.
"Tmin" = 35°C: drempel voor de activering van de secundaire
energiebron.
33
De omvormer / energiemanagenmentsysteem
moet uitgerust zijn met een zwevende uitgang
die stroom in het Ufa-bereik kan schakelen
(gouden contacten). Vanwege het lage
stroomniveau bestaat het risico dat de
contacten na verloop van tijd corroderen.
Gebruik bij twijfel een tussenrelais met
potentiaalvrije uitvoer en gouden contacten.