De luchtbron moet van vrije energie potentieel
(afvalwarmte uit wasserij, garage, kelder, etc.) gebruik
maken. De kamer waaruit de lucht wordt aangezo-gen,
profiteert van de "ontvochtiging".
De afvoerlucht kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor het
koelen / temperen van een opslagkelder (wijnkelder).
Volume van de opstellingsruimte> 20 m
3
.
Vrije ruimte boven de warmtepompboiler met
recirculatiemodus> 300 mm om terugkoppeling
van de lucht te voorkomen. Zorg voor voldoende
ventilatie van de installatieplaats.
De luchtstroom is 200 m3 / h met recirculatiemodus.
De inlaatlocatie mag niet worden verwarmd.
De enkelwandige leidingen worden vaak gebruikt aan de
uitlaatzijde om de gekoelde lucht te verwijderen.
Eenwandige leidingen verminderen het geluidsniveau.
Een dubbelwandige leiding maakt selectie van locaties
mogelijk, ongeacht de locatie van de inlaat en uitlaat.
18