Inhoudsopgave
Advertenties
STAP :: 04
DE ONTVANGERHALSBAND EN PIEPER MET AFSTANDSBEDIENING
PASKLAAR MAKEN
BELANGRIJK: Een correcte pasvorm en plaatsing van de ontvangerhalsband zijn van belang voor een effectieve
training. De contactpunten dienen direct contact te maken met de huid van de hond.
Zie pagina 3 voor belangrijke informatie m.b.t. de veiligheid.
Het systeem is zo ontworpen dat u de pieper met
afstandsbediening zoals nodig aan de riem van de
ontvangerhalsband kunt bevestigen of er vanaf
kunt halen. De pieper met afstandsbediening
kan ook zonder de ontvangerhalsband op de
halsbandriem worden bevestigd.
Om zeker te zijn van de correcte pasvorm volgt u
de onderstaande stappen:
1.
Steek het uiteinde van de halsbandriem door de gleuf in de pieper met afstandsbediening en dan door de gleuf
aan de tegenoverliggende zijde van de pieper met afstandsbediening. Schuif de pieper met afstandsbediening
verder op de halsbandriem. De knop aan de onderkant van de pieper met afstandsbediening kan in één van de
gaten in de halsbandriem geplaatst worden om verschuiven te voorkomen en ervoor te zorgen dat de pieper
goed op zijn plaats blijft.
2. Terwijl uw hond staat (4A), centreert u de ontvangerhalsband zodat de contactpunten zich onderaan de hals
van de hond bevinden waar zij de huid raken (4B), en de pieper met afstandsbediening achter het hoofd van de
hond gecentreerd is. Als de hond een lange of dikke vacht heeft, zijn er twee opties om voor een consistent
contact te zorgen: knip de vacht rond de contactpunten korter of gebruik de langere contactpunten die zijn
meegeleverd met het systeem.
•
Het kan nodig zijn de vacht in het gebied van de contactpunten bij te knippen. Scheer de nek van de hond
nooit; dit kan uitslag of infectie tot gevolg hebben.
•
Maak de halsband niet strakker dan nodig voor een goed contact. Bij een te strakke halsband is het risico
op druknecrose in het contactgebied groter.
3. De ontvangerhalsband moet goed aansluiten, maar moet los genoeg zitten om
één vinger tussen de band en de nek van de hond te kunnen plaatsen (4C).
4. Laat uw hond de halsband enkele minuten dragen en controleer dan opnieuw hoe
deze past. Controleer de pasvorm na een tijdje nogmaals, als uw hond gewend
raakt aan de ontvangerhalsband.
13
4A
S P O R T D O G . C O M
4B
4C
Advertenties
Inhoudsopgave
