6.9
Instellingen
Hier kunnen instellingen worden gemaakt voor, onder
andere, de verwarmings- en koelingsbehoeften van
het huis. Het is belangrijk dat deze basisinstelling voor
de verwarming juist is voor uw huis. Waarden die niet
goed zijn ingesteld, kunnen tot gevolg hebben dat uw
huis niet warm genoeg is of dat er onnodig veel energie
wordt gebruikt om uw huis te verwarmen.
6.9.1
Instellingen verwarmingskring
1-2
Max vertrek °C
Maximaal toegestane temperatuur die wordt toegevoerd
naar de betreffende verwarmingskring.
Min vertrek °C
Minimaal toegestane temperatuur die wordt toegevoerd
naar de betreffende verwarmingskring.
Verwarming, modus
Wisselen tussen verwarmingsseizoen en zomermode
kan automatisch gebeuren (Auto) of er kan hier een
keuze worden gemaakt om de verwarming op "Aan" of
"Uit" te zetten.
• Automatisch = het automatisch in- en
uitschakelen van het verwarmingsseizoen.
• Aan = Doorlopend verwarmingsseizoen, de
radiatorpomp draait doorlopend.
• Uit = er is geen verwarming, de radiatorpomp
draait niet (is omgedraaid).
Verwarmingsmode, ext.
De in dit menu geselecteerde verwarmingsmode kan
extern worden ingeschakeld/uitgeschakeld.
Deze menubalk wordt voor de actuele verwarmingskring
getoond als er een afstandsbediende invoer of een
weekschema voor de functie is gespecificeerd.
Lees meer in de "Def. Afstandsbediening" sectie van het
hoofdstuk "Installateur/Definieer ".
Menu: "Installateur/Instellingen".
55 (30...80)
Uit (Uit/15...65)
Onderdeel van menu "Installateur/Instellingen/
Verwarmingskring".
Auto (Auto/Aan/Uit)
Aan (Auto/Aan/Uit)
Onderdeel van het menu
"Installateur/ Instellingen/ Verwarmingskring/ Verwarmingskring 1".
Definieer eerst de gewenste
functies, zie "Installateur/Definieer".
i
Instellingen worden alleen
weergegeven voor ingeschakelde
functies.
CTC EcoZenith i255
39