Download Print deze pagina

Bosch Praesideo 4.3 Installatie- En Gebruikershandleiding pagina 508

Advertenties

Praesideo 4.3
61.5.4. 1
Netwerkcontrollers configureren
Dit onderdeel configureert de netwerkaansluitingen
tussen de PC Call Server en de verschillende
netwerkcontrollers. Deze optie is niet beschikbaar
wanneer u offline werkt.
De PC Call Server kan dubbele redundante
netwerkcontrollers besturen. Selecteer deze optie met
het aankruisvakje Redundant control. Het is nu mogelijk
om een tweede netwerkcontroller als reserve voor
iedere hoofdnetwerkcontroller te selecteren.
Slechts één naam wordt gebruikt ter identificatie van
een paar redundante netwerkcontrollers, omdat er
slechts één actief is. Als de hoofdnetwerkcontroller
uitvalt, neemt de reservenetwerkcontroller de besturing
van het systeem of het subsysteem over en bestuurt PC
Call Server dit systeem nu via de
reservenetwerkcontroller in plaats van de
hoofdnetwerkcontroller.
Maximaal 32 actieve netwerkcontrollers kunnen
worden bestuurd. Dit betekent dat in geval van
redundante sets 32 master-controllers en 32
slave-controllers kunnen worden aangesproken, omdat
slechts één set hoeft te worden bestuurd. Voor iedere
master-netwerkcontroller kan zonder extra licentie een
slave-controller worden toegevoegd. De werkelijke
limiet van 32 actieve netwerkcontrollers is geen harde
limiet, maar hangt af van de prestaties.
figuur 61.5: Netwerkcontrollers configureren
figuur 61.6: De pictogrammen Add new, Delete and
Copy to new
Gebruik het pictogram Add new om een
netwerkcontroller of een paar netwerkcontrollers toe te
Bosch Security Systems B.V.
voegen, zie figuur 61.6. Vul de unieke naam en het
IP-adres of de host-naam van de netwerkcontroller en
een geldige gebruikersnaam en wachtwoord voor die
netwerkcontroller in. Verwijder via het pictogram Delete
de netwerkcontroller uit de lijst van netwerkcontrollers.
Het pictogram Copy to new maakt een nieuwe kopie van
de huidige netwerkcontroller aan voor latere bewerking.
De applicatienotitie 'Redundant Network Controller'
biedt informatie over het aansluiten van een redundante
netwerkcontroller, de reserve-NCO, op een
Praesideo-systeem om volledige functionaliteit te
behouden als de hoofd-NCO uitvalt. Volg de
onderstaande procedure voor het installeren van een
Praesideo-systeem met hoofd- en
reservenetwerkcontrollers:
De hoofd-NCO en reserve-NCO moeten
verschillende IP-adressen en/of host-namen hebben.
Controleer of de hoofd-NCO en de reserve-NCO
met dezelfde softwareversie werken die compatibel is
met de PC Call Station Server.
Maak een nieuwe systeemconfiguratie aan in de
hoofd-NCO; negeer voor nu de reserve-NCO.
Kopieer het configuratiebestand naar de aangesloten
pc en breng dit configuratiebestand van de pc over
naar de reserve-NCO.
Werk de configuratie van de reserve-NCO bij door
het serienummer van de NCO in het serienummer
van de reserve-NCO te wijzigen.
Controleer of alle in de configuratie gebruikte vooraf
opgenomen berichten in de hoofd-NCO en in de
reserve-NCO aanwezig zijn.
Vergeet niet dat later in het configuratiebestand van
de hoofd-NCO aangebrachte wijzigingen bij de
reserve-NCO moeten worden herhaald.
Sluit voor registratiedoeleinden de 'Fault alarm
buzzer' besturingsuitgang van de hoofd-NCO aan op
een als 'Fault input' geconfigureerde
besturingsingang van de reserve-NCO, met een
aangepast bericht, bijv. 'Main NCO Failure'.
Zet bij de hoofd-NCO 'Disable network controller
on internal fault' in 'System settings' op Yes.
Voer na het aanbrengen van wijzigingen in de
configuratie van een NCO een 'Save configuration
and restart the system' voor iedere NCO uit.
Belangrijk: Voer als alleen de configuratie van de
reserve-NCO wordt gewijzigd een 'Save
configuration and restart the system' uit voor zowel
de reserve- als de hoofd-NCO.
Installatie- en Gebruikershandleiding
nl | 509
IUI-PRAESIDEO_4.3 | V1.0 | 2015.02

Advertenties

loading