Praesideo 4.3
33.7
Storingsvrij
33.7.1 Inleiding
Bij gebruik van het Praesideo-systeem als
ontruimingssysteem moet de indeling van het netwerk
storingsvrij zijn, dus volledig bestand tegen storingen. In
een storingsvrij netwerk zijn oproepen zelfs mogelijk als
de netwerkcontroller is uitgevallen. Om dit mogelijk te
maken moeten speciale noodoproepstations in het
systeem worden opgenomen. Deze stations kunnen
echter niet zomaar overal in het systeem worden
geplaatst.
33.7.2 Regels
Houd bij het aanleggen van een storingsvrij netwerk
rekening met de volgende regels:
1 Kwalificeer via het configuratiedeel van de
webinterface het oproepstation als
'noodoproepstation' (zie tabel 44.13).
2 Het noodoproepstation moet een bewaakte
reservevoeding hebben. Als de netwerkcontroller
uitvalt, kan deze geen voeding meer aan de
systeembus leveren. Het oproepstation moet echter
wel blijven werken en dus op een andere manier
voeding krijgen. Sluit het noodoproepstation daarom
met een vezelinterface met een bewaakte externe
voeding op het netwerk aan of gebruik een
oproepstationset met externe voeding.
3 Plaats geen apparatuur tussen de noodoproepstation (s)
en de vermogensversterker(s) die:
•
onder normale omstandigheden door de
systeembus wordt gevoed en
•
waarop geen reservevoeding is aangesloten.
Als de netwerkcontroller uitvalt, werken deze units
niet meer, omdat ze op geen enkele voeding zijn
aangesloten. Hierdoor kunnen ze geen signalen meer
doorgeven en dit betekent dat ze niet tussen de
noodoproepstation(s) en de vermogensversterker(s)
mogen worden geplaatst.
4 Plaats de noodoproepstation(s) nooit in een
aftakking. Noodoproepstations moeten in het
hoofdnetwerk zijn opgenomen. Dit is de enige
manier om oproepen naar alle zones mogelijk te
maken.
5 Het is niet toegestaan om lokale
volumeregelsystemen op de luidsprekers aan te
sluiten, zelfs al hebben zij een mogelijkheid voor
volumedemping. Als de netwerkcontroller wegvalt,
Bosch Security Systems B.V.
worden de besturingsuitgangen die de systemen voor
het dempen van het volume aansturen niet meer
geactiveerd (zelfs als de besturingsuitgangen op
vermogensversterkers of audio-uitbreidingen zijn
geplaatst). Bovendien stoort een lokaal
volumeregelsysteem de werking van de lijnbewaking.
De lijnbewaking maakt gebruik van de
luidsprekerlijn. Een volumeregeling in die lijn zou de
piloottoon van 20 kHz van de
master-bewakingskaart te veel dempen, waardoor de
slave-bewakingskaart niet meer goed kan werken.
33.8
Gebruik in het Praesideo-netwerk niet de volgende
IP-adressen voor netwerkcontrollers, PC's met
Praesideo-software (bijvoorbeeld Logging Server,
Logging Viewer), CobraNet Interface, enz.:
•
Alle IP-adressen waarvan het host-deel 0 is. Gebruik,
bijvoorbeeld, als het subnetmasker 255.255.255.0 is
niet het adres x.x.x.0.
•
Alle IP-adressen waarvan het host-deel 255 is.
Gebruik, bijvoorbeeld, als het subnetmasker
255.255.255.0 is niet het adres x.x.x.255.
•
127.0.0.1
•
14.0.0.1 - 14.0.0.254
•
24.0.0.1 - 24.0.0.254
•
39.0.0.1 - 39.0.254
•
128.0.0.1 - 128.0.255.254
•
169.254.0.1 - 169.254.255.254
•
172.16.0.1 - 172.16.15.254
•
191.255.0.1 - 191.255.255.254
•
192.0.0.1 - 192.0.255.254
•
192.88.99.1 - 192.88.255.254
U kunt de volgende IP-adressen gebruiken, maar
bedenk wel dat deze adressen u geen toegang
verschaffen tot het internet:
•
10.0.0.1 - 10.255.255.254
•
172.16.16.1 - 172.31.255.254
•
192.168.0.1 - 192.168.255.254
•
224.0.0.1 - 239.255.255.254
Laat bij het invoeren van IP-adressen in de
Praesideo-software altijd de voorloopnullen weg. Zij
kunnen netwerkproblemen veroorzaken. Bijvoorbeeld,
typ 192.68.0.10 in plaats van 192.068.000.010.
Installatie- en Gebruikershandleiding
IP-adressen
IUI-PRAESIDEO_4.3 | V1.0 | 2015.02
nl | 341