5
SUB 'N' UP OCTAVER Gebruiksaanwijzing
3. Bediening - Ingangen, Uitgangen
en Bedieningselementen
(2)
(1)
(7)
(9)
(6)
(4)
3.1 Stroom / Computer aansluiting
(1) POWER input Om uw pedaal van stroom te voorzien, sluit u een voeding
aan op de voedingsingang. De voedingsaansluiting van uw TC Electronic
effectpedaal is een standaard 5,5/2,1 mm DC-stekker (midden = negatief).
Uw TC Electronic-effectpedaal heeft een voeding van 9 V nodig die 100 mA
of meer levert (niet meegeleverd). TC Electronic raadt het gebruik van de
PowerPlug 9 aan.
Gebruik een voeding met geïsoleerde uitgangen om brom te minimaliseren.
Als er geen stroomvoorziening beschikbaar is, kunt u dit product op een
batterij laten werken. Zie "6.2 De batterij vervangen" voor meer informatie
over het vervangen van batterijen.
(2) USB port Gebruik de standaard Mini-B USB-poort op uw TC Electronic
effectpedaal om uw pedaal op een computer aan te sluiten. Hiermee kun
je TonePrints in het pedaal laden of je eigen TonePrint maken met TC's
TonePrint Editor. Voor meer informatie, zie "4. Bediening – TonePrint".
Als er firmware-updates zijn voor dit pedaal, kunnen deze ook via de USB-
poort worden geïnstalleerd – zie "6.1 Firmware bijwerken".
3.2 Schakelen
(3) FOOTSWITCH Tik op de voetschakelaar om het effect in te schakelen.
Tik nogmaals op de voetschakelaar om het effect uit te schakelen.
(4) INDICATOR LED De LED licht op als het effect is ingeschakeld.
3.3 Audio in en uit
(5) AUDIO INPUT (mono) De audio-ingang aan de rechterkant van dit pedaal is
een standaard ¼" jack (mono/TS). Sluit je gitaar aan op de audio-ingang aan
de rechterkant van je pedaal met een gewone ¼" monokabel.
(6) AUDIO OUTPUT (mono) De audio-uitgang aan de linkerkant van dit pedaal
is een standaard ¼" jack (mono/TS). Sluit de audio-uitgang van je pedaal aan
op het volgende apparaat in de signaalketen met behulp van een gewone
¼" monokabel.
(11)
(8)
(10)
(6)
(2)
3.4 Effect controles
Houd er rekening mee dat de knoptoewijzingen op uw TC Electronic-effectpedaal
de standaardtoewijzingen zijn. Met behulp van de TonePrint Editor kun je
alle knoppen opnieuw bedraden, zodat ze één of meerdere parameters naar
keuze besturen. Voor meer informatie, zie "4.3 TonePrints bewerken met
TonePrint Editor".
Een octaver voegt een of meer extra stemmen toe, een of meer octaven boven of
onder het originele signaal. Sub'n'Up heeft drie extra stemmen: één octaaf hoger
en één en twee octaven lager.
Gebruik de knoppen van SUB 'N' UP OCTAVER om aan te passen hoeveel van elk
van de drie octaven je op je gitaarsignaal wilt toepassen.
(7) DRY knob Gebruik de DRY-knop om het niveau-droogsignaal in te stellen.
Draai aan deze knop als u dezelfde hoeveelheid droog signaal wilt als
wanneer SUB 'N' UP OCTAVER wordt omzeild.
(8) UP knob Met de UP-knop kun je een extra stem een octaaf boven het
oorspronkelijke signaal mengen. Probeer deze knop in de klassieke modus te
draaien om wat coole oude school Hendrix-achtige tonen te krijgen.
(9) SUB knob De SUB-knop voegt een extra stem toe, een octaaf lager dan het
oorspronkelijke droge signaal. Dit kan worden gebruikt om riffs vet te maken
of om valse basgeluiden te krijgen wanneer het droge signaal volledig wordt
onderdrukt.
(10) SUB 2 knob De SUB2-knop voegt een wereldschokkende twee octaven
onder het oorspronkelijke signaal een extra stem toe. Experimentele
bassisten draaien deze knop graag met alle andere regelaars op nul voor een
cool synth-achtig effect als ze boven de 12e fret spelen... of gaan laag om de
PA mogelijk naar beneden te halen!
(11) MODE selector De MODE-schakelaar past de werking van het circuit aan
verschillende situaties aan:
• •
Poly (Polyphonic) Zet de MODE-keuzeschakelaar op "Poly" voor het
nieuwste op het gebied van polyfone octaving. In deze modus kan SUB 'N'
UP OCTAVER zelfs de meest complexe jazzakkoorden aan en geeft hij allerlei
coole geluiden, van nep 12-snarige gitaar tot orgelachtige tonen.
• •
TonePrint Om op TonePrint gebaseerde Octave-configuraties te
gebruiken, zet u de MODE-kiezer op "TonePrint". Voor meer informatie,
zie "4. Bediening – TonePrint".
Classic Zet de MODE-keuzeschakelaar op "Classic" om direct in die old-
• •
school octaaftonen van weleer te springen. Met deze instelling krijg je
alle warme, organische onvolkomenheden die geassocieerd worden met
klassieke analoge stompbox-octaving. Het spelen van akkoorden in deze
modus leidt tot rare en mooie glitches.