Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Over MIDI

MIDI (Musical Instrument Digital Interface) is een standaardindeling
voor dataverzending/-ontvangst. Het maakt de uitwisseling van
speeldata en opdrachten tussen MIDI-apparaten en pc's mogelijk.
Door MIDI te gebruiken kunt u een aangesloten MIDI-apparaat vanaf
het instrument besturen, of het instrument vanaf een aangesloten
MIDI-apparaat of computer besturen.
MIDI-connectoren
Ontvangt MIDI-data.
MIDI [IN]:
Verzendt MIDI-data.
MIDI [OUT]:

MIDI-kabels

Gebruik speciale MIDI-kabels.
Selectie van MIDI-zendkanaal
In elke MIDI-opstelling moeten de MIDI-kanalen van de zendende en die van de
ontvangende apparatuur overeenkomen voor een juiste dataoverdracht. Deze
parameter maakt het mogelijk om het kanaal aan te geven dat door het instrument
wordt gebruikt voor het verzenden van MIDI-data. Houd de [BGM]-knop ingedrukt
en druk op een van de C1-E2 toetsen (zie de Beknopte handleiding).
F11:
In de duale modus worden voice 1-data (de hoofdvoice) verzonden via het aangegeven kanaal en
voice 2-data via het eerstvolgende hogere kanaalnummer. In de splitmodus worden de
rechtervoicedata verzonden via het aangegeven kanaal en linkervoicedata via het kanaal dat twee
nummers hoger is. (Met andere woorden, als de rechtervoice is ingesteld op kanaal 3, worden de
linkervoicedata verzonden via kanaal 5). In beide modi worden er geen data verzonden als het
zendkanaal is ingesteld op 'OFF'.
F01:
In de duale/splitmodus worden voice 1-/rechtervoicedata verzonden via het aangegeven kanaal
(voice 2-/linkervoicedata worden verzonden via het eerstvolgende hogere kanaalnummer).
In beide modi worden er geen data verzonden als het zendkanaal is ingesteld op 'OFF'.
Selectie van MIDI-ontvangstkanaal
In elke MIDI-opstelling moeten de MIDI-kanalen van de zendende en die van de
ontvangende apparatuur overeenkomen voor een juiste dataoverdracht. Deze
parameter maakt het mogelijk om het kanaal aan te geven dat door het instrument
wordt gebruikt voor het ontvangen van MIDI-data. Houd de [BGM]-knop ingedrukt
en druk op een van de C3-F4 toetsen (zie de Beknopte handleiding).
TIP
Programmawijziging en andere boodschappen zoals kanaal-
boodschappen die worden ontvangen, hebben alleen invloed op de
paneelinstellingen van de F11/F01 of wat er wordt gespeeld op het
toetsenbord, als u de overeenkomstige kanalen 1-16 selecteert
op de F11.
OUT
IN
MIDI
Over MIDI
TIP
MIDI-speeldata en -opdrachten
worden verzonden in de vorm
van numerieke waarden.
TIP
Raadpleeg het 'MIDI-
implementatieoverzicht' om er
achter te komen welke MIDI-
data en -opdrachten uw
apparaten kunnen verzenden of
ontvangen, aangezien MIDI-
data die kunnen worden
verzonden of ontvangen
variëren naar gelang het type
MIDI-apparaat.
TIP
U kunt ook gedetailleerde
informatie over MIDI verkrijgen
via verschillende muziekboeken
en andere publicaties.
TIP
Instelbereik: 1-16, OFF
(niet verzenden)
Normale instelling: 1
OPMERKING
Voicedemosong-/50 piano-
presetsongdata en recorder-
afspeeldata worden niet
verzonden via MIDI.
TIP
Instelbereik: ALL, 1&2(F01),
1-16
Normale instelling: ALL
Gebruikershandleiding F11/F01
53

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Modus f01

Inhoudsopgave