SC-P9000 Series/SC-P7000 Series/SC-P8000 Series/SC-P6000 Series Gebruikershandleiding
Wanneer u geen Epson-materiaal gebruikt (aangepast papier), moet u de instellingen kiezen die geschikt zijn voor
dat materiaal. Afdrukken zonder dat u de juiste instellen hebt geconfigureerd, kan leiden tot kreukels, wrijving,
ongelijke kleuren, enzovoort.
Controleer de volgende drie items.
Referentiepap. Se-
De optimale instellingen voor de verschillende soorten speciaal afdrukmateriaal van Epson zijn al
lect.
vastgelegd in deze printer.
Controleer het volgende en selecteer vervolgens het type speciaal afdrukmateriaal van Epson dat het
meeste lijkt op het papier dat u gebruikt.
❏
❏
❏
❏
❏
Dikte
Stel de dikte van het papier in. Als u niet precies weet hoe dik het papier is, stelt u in het menu Papier
van het bedieningspaneel de optie Papierdikte Selecteren in.
Hiermee kunt u korreligheid en slijtplekken, maar ook verschillen in afdrukpositie en kleur in
afdrukken voorkomen.
Papiertoev. Aan-
Hiermee optimaliseert u de papiertoevoer tijdens het afdrukken. Hiermee vermindert u horizontale
pass.
strepen en ongelijke kleuren.
* Zie voor meer informatie over de instelling die u moet selecteren de meegeleverde handleiding of neem contact
op met de verkoper van het papier.
Maak de instellingen met behulp van een van de volgende methoden.
❏ Stel Aangep. Papierinst. in op het menu Papier bedieningspaneel van de printer.
U kunt papierinstellingen maken voor alle items, met uitzondering van de drie hierboven genoemde items.
"Op de printer" op pagina 193
U
❏ Instellingen in EPSON LFP Remote Panel 2 (meegeleverde software)
Op een computer kunt u dezelfde instellingen maken in het menu Papier van het bedieningspaneel. Raadpleeg
de Help van EPSON LFP Remote Panel 2 voor meer informatie.
❏ Stel in het printerstuurprogramma in.
Geef instellingen op met behulp van de printerdriver en sla ze in een computer op.
Wanneer Aangepast Papier is geselecteerd in Papiertype Selecteren in het menu Papier van het
bedieningspaneel, worden de instellingen in het bedieningspaneel ingeschakeld, ongeacht de instellingen van
het printerstuurprogramma.
"Met behulp van de printerdriver" op pagina 193
U
Als u klaar bent met het maken van de instellingen, drukt u de opgeslagen instellingen af en controleert u het
resultaat. Als u niet tevreden bent met het afdrukresultaat, controleert u het onderstaande en stelt u het item in dat
het probleem veroorzaakt.
"De afdrukken zien er anders uit dan verwacht" op pagina 158
U
*
Glanzend papier
: Photo Paper of Proofing Paper
Dik, niet-glanzend papier: Matte Paper
Dun, zacht, niet-glanzend papier: Plain Paper
Katoenpapier met een ongelijk oppervlak: Fine Art Paper
Speciale afdrukmaterialen, zoals folie, stof, posterboard en calqueerpapier: Others
Appendix
191