Opbouw en functie
Interfaces voor de automatisering
5.6
Interfaces voor de automatisering
Voer geen verkeerde reparaties en modificaties uit!
Om verwondingen en materiële schade te vermijden, mag het apparaat enkel door be-
voegde personen (geautoriseerd servicepersoneel) gerepareerd resp. gemodificeerd
worden!
Bij onbevoegde ingrepen vervalt de garantie!
•
In geval van reparatie, bevoegde personen (geautoriseerd servicepersoneel) hiermee be-
lasten!
Door onvakkundige aansluiting kunnen accessoirecomponenten en de stroombron worden be-
schadigd!
•
Accessoirecomponenten uitsluitend bij uitgeschakeld lasapparaat op de desbetreffende
aansluitbus steken en vergrendelen.
•
Uitvoerige beschrijvingen vindt u in de gebruikshandleiding van de betreffende accessoire!
•
Accessoirecomponenten worden na de inschakeling van de stroombron automatisch her-
kend.
5.6.1
Aansluitbus afstandsbediening 19-polig
Pin
Signaalvorm
A
Uitgang
C
Uitgang
D
Ingang
E
Uitgang
F/S
Ingang
G
Ingang
P
Ingang
R
Ingang
U/V
Uitgang
38
WAARSCHUWING
Afbeelding 5-21
Benaming
Aansluiting voor kabelmantel PE
Referentiespanning voor potentiometer 10 V (max. 10 mA)
Regelspanningsinstelling (0 V - 10 V) - draadtoevoersnelheid
Referentiepotentiaal (0 V)
Lasvermogen Start/Stop (S1)
Regelspanningsinstelling (0 V - 10 V) - correctie van de vlambooglengte
Activering regelspanningsinstelling voor de draadtoevoersnelheid (S2)
Voor activering signaal op referentiepotentiaal 0 V zetten (pin E)
Activering regelspanningsinstelling voor correctie van de vlambooglengte (S3)
Voor activering signaal op referentiepotentiaal 0 V zetten (pin E)
Voedingsspanning push/pull-lastoorts
099-005628-EW505
05.12.2023