10
|
Opsporen en verhelpen van storingen
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
34
Storing
Het systeem werkt, maar
koelt of verwarmt
onvoldoende.
(voor binnenunits
airconditioner)
Het systeem werkt, maar
koelt onvoldoende.
(voor binnenunits koelkast
en diepvrieskast)
Maatregel
▪
Controleer of de luchtinlaat of -uitlaat van de
buitenunit of de binnenunit niet geblokkeerd is.
Verwijder eventuele obstakels en zorg ervoor dat
de lucht vrij kan circuleren.
▪
Controleer of het luchtfilter niet verstopt is (zie
"Onderhoud"
in
binnenunit).
▪
Controleer de temperatuurinstelling.
▪
Controleer de instelling van de ventilatorsnelheid
op uw gebruikersinterface.
▪
Controleer of er geen deuren of ramen openstaan.
Sluit alle deuren en ramen om te voorkomen dat
er wind binnenkomt.
▪
Controleer of er niet te veel mensen aanwezig zijn
in de kamer tijdens het koelen. Controleer of de
warmtebron in de kamer niet te groot is.
▪
Controleer of er geen rechtstreeks zonlicht in de
kamer schijnt. Gebruik gordijnen of jaloezieën.
▪
Controleer of de luchtstroomhoek goed is.
▪
Controleer of de luchtinlaat of -uitlaat van de
buitenunit of de binnenunit niet geblokkeerd is.
Verwijder eventuele obstakels en zorg ervoor dat
de lucht vrij kan circuleren.
▪
Controleer of er zich geen ijs op de binnenunit
bevindt. Ontdooi de unit handmatig of kort de
ontdooibedrijfscyclus in.
▪
Controleer of er niet te veel producten in de
ruimte/koelvitrine
producten.
▪
Controleer of de lucht vrij kan rondstromen in de
ruimte/koelvitrine. Leg de producten in de ruimte/
koelvitrine op een andere plaats.
▪
Controleer of er niet te veel stof op de
warmtewisselaar van de buitenunit ligt. Verwijder
het stof met een borstel of een stofzuiger; gebruik
geen water. Raadpleeg indien nodig uw dealer.
▪
Controleer of er koude lucht uit de ruimte/
koelvitrine ontsnapt. Neem maatregelen om te
voorkomen dat er koude lucht ontsnapt.
▪
Controleer of u het instelpunt van de temperatuur
van de binnenunit niet te hoog hebt ingesteld. Stel
het instelpunt juist in.
▪
Controleer of er geen producten met een hoge
temperatuur in de ruimte/koelvitrine staan. Sla
producten altijd pas op nadat zij zijn afgekoeld.
▪
Controleer of de deur niet te lang wordt geopend.
Verminder de openingsduur van de deur.
de
handleiding
van
staan.
Verwijder
LRYEN10A7Y1+LRNUN5A7Y1
CO₂ Conveni-Pack buitenunit
4P605460-1 – 2020.08
de
enkele