1
Druk op de knop [SONG SELECT] om de display voor songselectie op te roepen.
2
Druk op de knoppen TAB [ √ ]/[ ® ] om de gewenste drive (PRESET/USER/CARD) te
selecteren.
Over PRESET/USER/CARD
PRESET .............. Intern geheugen waarin voorgeprogrammeerde data als vooraf ingestelde data zijn
USER ................. Intern geheugen dat zowel het schrijven als lezen van data toelaat.
CARD ................ Voor het overbrengen van data van en naar SmartMedia, via de kaartsleuf van de CVP.
Als het USB-opslagapparaat, bijvoorbeeld de diskettedrive, wordt aangesloten op de USB [TO DEVICE]-aansluiting, zal
OPMERKING
'USB' worden getoond in de display voor file-selectie (zie pagina 186, 'USB-opslagapparaten gebruiken', stap 2).
3
Selecteer een map (indien nodig).
Verscheidene songs mogen samen in
een map worden geplaatst. In dit geval
zal de map/zullen de mappen in de
display verschijnen (zie de illustratie
rechts). Druk op één van de knoppen
[A]–[J] om een map te selecteren.
4
Selecteer een pagina (als de display verscheidene pagina's bevat).
Als de drive meer dan tien songs bevat, wordt de display opgedeeld in verscheidene pagina's. De pagina-
indicaties worden onderaan in de display getoond. Druk op één van de knoppen [1 π ]–[8 π ] om een
pagina te selecteren.
5
Druk op één van de knoppen [A]–[J] om een song te selecteren.
U kunt ook een song selecteren door de knop [DATA ENTRY] te gebruiken en vervolgens op de knop
[ENTER] te drukken.
6
Druk op de knop [EXIT] om terug te keren naar de voorgaande display.
Bediening van de display FUNCTION
In de display FUNCTION kunt u gedetailleerde instellingen aanbrengen.
In het hier gegeven voorbeeld roepen we de instellingsdisplay voor de toetsenbordaanslaggevoeligheid op en
gebruiken we deze.
1
Druk op de knop [FUNCTION].
De categorieën voor de gedetailleerde
instellingen worden getoond.
26
CVP-305/303/301 Gebruikershandleiding
geïnstalleerd.