In het geval van een noodstop of een ongeval kunnen onbeveiligde
personen of voorwerpen letsel toebrengen aan andere inzittenden
van het voertuig. Controleer altijd of:
• De rugleuningen van de autostoelen zijn vergrendeld
(d.w.z. dat een inklapbare achterbankvergrendeling is
ingeschakeld).
• Alle zware of scherpe voorwerpen in het voertuig (bijv.
op de hoedenplank) zijn vastgezet.
• Alle personen in het voertuig hebben hun veiligheidsgordels vastgemaakt.
• Het chi Id-veiligheidszitje is altijd beveiligd wanneer het zich
in het voertuig bevindt , zelfs als er geen kind wordt
vervoerd.
Om uw voertuig te beschermen
Sommige autostoelhoezen van gevoelige materialen (bijv. velours, leer,
enz.) kunnen slijtagesporen ontwikkelen wanneer kinderzitjes worden
gebruikt. Dit kan worden voorkomen door een deken of handdoek
onder het kinderzitje te leggen.
12
12