Werken met het Notebook
Wireless LAN/Bluetooth/UMTS (optioneel)
Als radiocomponenten worden ingebouwd die niet door Fujitsu Technology Solutions
werd goedgekeurd, worden de voor dit toestel verleende toelatingen ongeldig.
Radiocomponenten in- en uitschakelen
Voordat u uw toestel voor het eerst inschakelt moet de aan-/uitschakelaar
voor radiocomponenten in de stand "ON" staan.
Wanneer u de radiocomponenten uitschakelt, worden de Bluetooth-module,
UMTS-module en het Wireless LAN-zendgedeelte (antenne) uitgeschakeld.
U kunt de radiocomponenten in de BIOS-setup ook afzonderlijk uitschakelen.
Voorwaarde is dat u geen supervisorwachtwoord verstrekt hebt of, indien er een
supervisorwachtwoord verstrekt werd, u dit wachtwoord kent.
Houd rekening met de bijkomende veiligheidsinstructies voor toestellen met
radiocomponenten in het handboek "Veiligheid".
Meer informatie over het gebruik van Wireless LAN vindt u in de
online help bij uw Wireless LAN-software.
Meer informatie over het gebruik van Bluetooth vindt u op de CD
bij uw Bluetooth-software.
Meer informatie met betrekking tot UMTS ontvangt u van uw serviceprovider.
WLAN-toegang instellen
•
Voorwaarde: Een WLAN is beschikbaar en u beschikt over de betreffende toegangsgegevens.
Informatie voor het instellen van de WLAN-toegang vindt u in de
documentatie van uw besturingssysteem.
42
► Zet de aan-/uitschakelaar in de stand "ON"
om de radiocomponenten in te schakelen.
Bluetooth
Bluetooth
WirelessLAN
WirelessLAN
of
► Zet de aan-/uitschakelaar in de stand
"OFF" om de radiocomponenten
uit te schakelen.
Fujitsu Technology Solutions