5 Gevorderde installeerprogrammering
5.1 Hoe te programmeren
Om de programmeringstijd te verminderen en fouten te voorkomen, vult u het programmeringswerkblad in met de vereiste
programmeringsstandaardwaarden alvorens het systeem te programmeren.
Om installerprogrammering te gebruiken, drukt u op[,][8][Installer Code]. Het LCD toetsenpaneel toont "Sectie invoeren." Een
foutsignaal gaat af wanneer een verkeerde installercode is ingevoerd. Druk op [#] om een ingedrukte toets te wissen en probeer het
nogmaals.
De standaard installercode is [5555] .
i
De ingeschakelde gereed-lichten geven de prammeringsstatus aan:
Ingeshcakelde licht AAN
Gereed licht AAN
Gereed licht KNIPPERT
U kunt de installerprogrammering niet gebruiken als het systeem is ingeschakeld of in de alarmstand staat.
i
5.1.1 installeerprogrammering schakelopties
Voer een 3-cijferig programmeringssectienummer in:
•
Het ingeschakelde licht gaat UIT en de gereed licht gaat AAN
•
De toetsenpaneel geeft weer welke inschakelopties AAN of UIT staan volgens de onderstaande tabel
Optie AAN
Optie UIT
# Weergegeven
Steepje [-] weergegeven
•
Om een optie AAN of UITte schakelen, drukt u op het overeenkomstige nummer op het toetsenpaneel. De weergave verandert
dienovereenkomstig.
•
Wanneer alle inschakelopties correct zijn geconfigureerd, drukt u op de [#] toets om het programmeringssectie te vertalen.
•
Het gereed licht gaat UIT, het ingeschakelde licht gaatAAN en het LCD-scherm toont "Sectie invoeren."
5.1.2 Decimale en hexadecimale (HEX) gegevens programmeren
•
Voer een 3-cijferig programmeringssectienummer in
•
Het ingeschakelde licht gaat UIT en de gereed licht gaat AAN
•
Voer gegevens in in de daarvoor bestemde ruimte
Voor secties die meerdere 2- of 3-cijferige nummers vereisen, geeft het toetsenpaneel een dubbele pieptoon af na elke invoer van 2- of 3-
cijferige invoer en verder gaat naar het volgende onderdeel in de lijst. Nadat het laatste cijfer in de sectie is ingevoerd, piept het
toetsenpaneel 5 maal snel tijden en verlaat de programmasectie. Het gereed licht gaat UIT, het ingeschakelde licht gaat AAN en het LCD-
scherm toont "Sectie invoeren."
Voor secties die geen gegevens voor elk vak vereisen (zoals telefoonnummers) drukt u op de toets [#] om de programmasectie te verlaten
na invoer van alle vereiste gegevens. Het gereed licht gaat UIT, het ingeschakelde licht gaat AAN en het LCD-scherm toont "Sectie
invoeren."
Op elk moment kunt u drukken op [#] om een programmasectie te verlaten. Alle wijzigingen (met uitzondering van Malprogrammering)
worden opgeslagen.
Hex-cijfers
Naast de standaard cijfers 0-9, kunnen ook HEX-cijfers en speciale belfuncties worden geprogrammeerd.
Om een HEX-cijfer in te voeren:
1.
Druk op de toets [*] om te beginnen met HEX installeerprogrammering. Het gereedlicht gaat knipperen.
2.
Druk op het nummer dat overeenkomt met het vereiste HEX-cijfer. Het gereedlicht zal blijven knipperen.
3.
Druk nogmaals op [*] te terug te kereb naar decimale installeerprogrammering. Het gereedlicht gaat AAN.
5.1.3 Hoe de installerprogrammering te verlaten
Om de installerprogrammering te verlaten, drukt u op de toets [#] bij het scherm "Sectie invoeren".
5.1.4 installeerprogrammering bekijken
Het toetsenpaneel toont onmiddellijk alle geprogrammeerde informatie wanneer een sectie is ingevoerd. Gebruik de pijltjestoetsen [<] [>]
om naar de beschikbare gegevens te scrollen. Scroll naar het einde van de weergegeven gegevens of druk op de toets [#]om de sectie te
verlaten.
Paneel wacht op 3-cijfer sectienummer
Paneel wacht op gegevens om ingevoerd te worden
Paneel wacht op HEX gegevens om ingevoerd te worden
5 Gevorderde installeerprogrammering
:
19