Endura AZ-serie geïntegreerde en externe omvormer
Zuurstofmonitor verbrandingsgassen
6.2 Het systeem kalibreren
De kalibratieprocedures voor kalibratietypen staan vermeld in de rechterkolom van de volgende tabel:
<Cal Type>
1-Pt AutoCal
Back
• Terug naar
• AutoCal
Sensor Cal.
(Automati-
(Sensor-
sche kalibratie)
kalibratie)
starten
<Cal Type>
Connect Test Gas 1
Air
20.95 %O2
Abort
Continue
• Testgasklep
• Verder met
sluiten
kalibratie-
• Terug naar
procedure
Sensor Cal.
(Sensor-
kalibratie)
<Cal Type>
O2 20.95 % O2
Abort
• Testgasklep
sluiten
• Terug naar
Sensor Cal.
(Sensor-
kalibratie)
IM/AZ20E–NL Rev. G
Automatische kalibratie starten
OK
Wachten op toepassing van testgas (1
Opmerking. Het testgas gebruikt voor deze fase van de
kalibratie is afhankelijk van het kalibratietype en de waarden
van de testgassen.
e
Kalibratie bezig (1
Opmerking. Het testgas gebruikt voor deze fase van de
kalibratie is afhankelijk van het kalibratietype en de waarden
van de testgassen.
Testgasdetectie wordt gecontroleerd en als er geen testgas wordt
gedetecteerd, mislukt de kalibratie. Anders wordt de testgasklep
geopend en gaat de procedure verder (niet van toepassing
wanneer het Test Gas Type (Testgastype) Process Air
(Proceslucht) is – zie pagina 37)).
Reactietijd testgas bewaakt - als er geen reactie op de
toepassing van het testgas wordt gedetecteerd, wordt de
testgasklep gesloten en mislukt de kalibratie.
Op dit punt blijft de kalibratieprocedure stationair terwijl de
testgasvertragingstimer loopt (alleen AutoCal).
De zuurstofwaarde wordt gecontroleerd op stabiliteit – als niet
aan de stabiliteitscriteria is voldaan, wordt de testgasklep
gesloten en mislukt de kalibratie.
Zodra
aan
de
stabiliteitscriteria
celimpedantiecontrole uitgevoerd en wordt de testgasklep gesloten
Als een 1-punts kalibratie wordt uitgevoerd, wordt de nieuwe
kalibratiecoëfficiënt (Offset of Factor) berekend. Als de nieuwe
coëfficiënt buiten het toegestane bereik ligt (gedefinieerd door
Offset Limit or Factor Limit (Offsetgrens of Factorgrens) – zie pagina
42), mislukt de kalibratie en wordt een
toegevoegd aan het Performance Log (Prestatielog).
Als een 2-punts kalibratie wordt uitgevoerd, blijven de
proceswaarden behouden voor de berekeningen van de
Calibration Offset & Factor (Kalibratieoffset en -factor) die zijn
uitgevoerd na de kalibratiefase van het 2
e
punt)
punt)
is
voldaan,
e
-punt.
6 Kalibratie
wordt
een
kalibratie-invoer
65