IV. GEBRUIK
Beheersen
Controle is een belangrijk element van de rolstoel. Het bedieningsorgaan bevat alle elementen die nodig zijn
om de rolstoel te besturen (fig. 12).
Het besturingselement bestaat uit de volgende elementen:
Bedieningshendel
1
Batterij-indicator
2
Aan/uit
3
Snelheidslicht
4
Versnellingsknop
5
Snelheidsreductieknop
6
Hoorn signaal knop
7
Oplaadaansluiting
8
De controller wordt meestal gemonteerd op een van de armleuningen en wordt gevoed door batterijen die
worden gebruikt om de motoren aan te drijven.
Aan/uit-knop bedienen
De aan/uit-knop
regelt de voeding van de
on/oust aste alleen in geval van nood om de rolstoel te stoppen.
Het gebruik van de invoerknop voor dit doel kan van invloed zijn op de levensduur van de
Bedieningshendel
De hendel wordt gebruikt om de snelheid en rijrichting van de rolstoel te regelen. De snelheid
wordt geregeld door de draaibare graad van de hendel naar de centrale as. Na het loslaten van het handvat
keert de hendel terug naar de middenpositie en wordt automatisch geremd.
AANDACHT
Als de rolstoel zelfstandig beweegt, laten ze onmiddellijk de bedieningshendel los om het apparaat te
stoppen.
Hoorn signaal knop
Als u op deze knop drukt, klinkt er een waarschuwingssignaal
Versnellingsknop
Na het inschakelen geeft de snelheidsindicator de maximale snelheid van de rolstoel weer. De bereikte snelheid
wordt aangegeven door LED's en kan door de gebruiker
(of
snelheidsreductieknop) verhoogt (of verlaagt)
Remhendel
De remhendel moet bij het starten van de rolstoel naar achteren worden bewogen om de wielen te vergrendelen
en onbedoelde beweging van de rolstoel te voorkomen. Voordat u met de rolstoel verder gaat, duwt u de
remhendel naar voren om de wielen te ontgrendelen (fig. 13).
besturingselektronica en de voeding van de motor. Gebruik de
de
Fig. 13
2
-••
-•
worden verlaagd
.
Elke druk op de versnellingsknop
snelheidsindicator van de LED's.
rolstoel.
van de
rolstoel
0-km/u
/h
0-4Km/u