Aansluitingen voor de bedrading voor de uitgangssignalen
voor waarschuwingen, alarm, starten en in bedrijf
• Sluit de bedrading voor de uitgangssignalen voor
waarschuwingen, alarm, starten en in bedrijf aan op het
X2M-aansluitingenblok en klem ze vast zoals aangegeven
in de volgende afbeelding:
X 2 M
Monteer isolatiemoffen
Bevestig de bedrading
met de voorziene
kabelbinder (1)
Deze aansluiting is alleen nodig voor de master-unit.
Specificaties van de X2M-kabels
Dikte van elektrische draad
Max. kabellengte
Opmerking: Vergeet niet de aansluitapparatuur te isoleren.
• Zie
"7-1 Voorbeeld van bekabeling voor het gehele systeem" op
pagina 14
bij het aansluiten van de werkingsuitgangskabel.
De compressor kan defect raken als de werkingsuitgangskabel
niet is aangesloten.
Aansluiten van de kabel voor de afstandsbedieningsschakelaar
• Wanneer een afstandsbedieningsschakelaar wordt geïnstalleerd,
moet deze worden vastgeklemd zoals in de volgende afbeelding
is aangegeven.
X3M
Deze aansluiting is alleen nodig voor de master-unit.
Specificaties van de X3M-kabels
Dikte van elektrische draad
Max. kabellengte
De bedrading voor de stand met stille werking aansluiten
• Aansluiten van de bedrading voor de stand met stille werking: klem
vast zoals op het volgend schema is aangegeven.
Deze aansluiting is alleen nodig voor de master-unit.
Specificaties van de X1M-kabels (A5P)
Dikte van elektrische draad
Max. kabellengte
LREQ15+20B7Y1R
Condensatie-unit met luchtgekoelde koeling
4P360438-1B – 2014.01
C
C 1
W 1
P1
P 2
2
0,75~1,25 mm
130 m
Bevestig de bedrading
van de schakelaar op
afstand met een klem
(niet meegeleverd) aan
1
2
het kunstharsblok.
2
0,75~1,25 mm
130 m
Bedrading voor stand
X1A
Stille werking: bevestig
A5P
de bedrading met de
X1M
kabelbinder (ter plaatse
A B C
te voorzien).
2
0,75~1,25 mm
130 m
De bedrading voor multi-transmissie aansluiten
• Aansluiten van de bedrading tussen de master-unit en de
slave-unit: klem vast zoals op het volgend schema is aangegeven.
(A1P)
(A5P)
A
B
C
Specificaties van de X1M-kabels (A1P)
Dikte van elektrische draad
Max. kabellengte
VOORZICHTIG
Indien de multi-transmissiebedrading niet is aangesloten, zal
het systeem niet werken en zal een storingscode op het scherm
verschijnen.
VOORZICHTIG
• Gebruik voor de afstandsbedieningsschakelaar een spanningsvrij
contact voor microstroom (niet meer dan 1 mA, 12 V gelijkstroom)
• Als de afstandsbedieningsschakelaar wordt gebruikt om de unit te
starten en te stoppen, zet u de schakelaar op
"AFSTANDSBEDIENING".
Voorzorgsmaatregelen bij het maken van de aansluitingen
• Gebruik de afgebeelde draadoog-type aansluitingen voorzien
van isolatiemoffen.
• Gebruik de voorgeschreven elektrische draden voor de bekabeling
en maak de kabels zo vast dat deze niet aan het aansluitingenblok
trekken.
Kabelschoen met oog
• Gebruik een passende schroevendraaier voor het aandraaien
van de schroeven van de aansluitingen.
Bij gebruik van een te kleine schroevendraaier zal de kop van de
schroef beschadigd worden waardoor de schroef niet goed kan
worden vastgedraaid.
• Draai de aansluitpuntschroeven niet te vast aan, anders kunnen
de schroeven beschadigd worden.
• Zie volgende tabel voor de aantrekkoppels van de
aansluitpuntschroeven.
• Neem de aardkabel uit de inkeping van de cup vulring en leg de
kabel voorzichtig zodat de andere kabels niet aan de vulring
vasthaken. Anders zal de aardkabel niet voldoende contact maken
waardoor het aardingseffect verloren gaat.
• Breng geen soldeersel aan op de loszittende kerndraadjes.
Kabelschoen
met oog
Schroefmaat
M8 (aansluitingenblok voeding)
M8 (aarde)
M4 (X2M)
M3,5 (X3M)
Bedrading voor
multi-transmissie:
bedrading naar blok van
Q1
Q2
hars leiden en met een
kabelbinder (ter plaatse te
voorzien) op de buitenunit
vastmaken
0,75~1,25 mm
30 m
Stroomdraad
Isolatiekous
Komring
Uitsparing
Aanhaalmoment (N•m)
5,5 - 7,3
2,39 - 2,91
0,79 - 0,97
Installatiehandleiding
2
16