Schakel met de toetsen of de
vergrendeling in of uit.
0: De vergrendeling is uitgeschakeld.
1: De vergrendeling is ingeschakeld.
Tip de OK - toets aan om uw keuze te
bevestigen.
Wat u heeft ingesteld, wordt overgeno-
men. Symbool knippert.
Raak de toets voor de instellingen
aan om de instellingsmodus te verla-
ten.
Doet u dat niet, dan haalt de elektro-
nische besturing na ca. één minuut
het apparaat automatisch uit de in-
stellingsmodus.
Is de vergrendeling ingeschakeld, dan
brandt in het display.
Het wijzigen van instellingen
Geluidssignalen
Het apparaat beschikt over geluidssig-
nalen, namelijk een toetssignaal en een
zoemer bij het deur- en temperatuura-
larm.
Het toetssignaal en de zoemer bij deur-
alarm kunt u in- en uitschakelen. De
zoemer bij temperatuuralarm kunt u niet
uitschakelen.
Er zijn 4 varianten. Vanuit de fabriek is
variant 3 ingesteld, dat wil zeggen
toetssignaal en zoemer bij deuralarm
zijn ingeschakeld.
Geluidssignalen in-/uitschakelen
Raak de toets voor de instellingen
aan.
In het display verschijnen alle symbolen
voor de instellingsmodus. Symbool
knippert.
Raak de temperatuurtoetsen ( of )
zo vaak aan, totdat in het display
symbool begint te knipperen.
Raak de toets OK aan om uw keuze
te bevestigen.
In het display knippert de laatst inge-
stelde instelling. Symbool brandt.
29