Technische gegevens
3
Technische gegevens
3.1
Bedrijfs- en omgevingsvoorwaarden
De machine mag alleen worden ingezet als aan de volgende
bedrijfs- en omgevingsvoorwaarden is voldaan:
Temperatuurbereik:
Windsnelheid:
Bedrijf / onderhoud / instandhouding maximaal
Montage
Weersomstandigheden:
Geen onweer met het gevaar van blikseminslag.
Bij extreme weersomstandigheden kan het ook binnen de aangegeven
bedrijfs- en omgevingsvoorwaarden noodzakelijk worden om het bedrijf
van de machine te staken / te verbieden. Bijvoorbeeld door het
gecombineerde optreden van strenge vorst en storm. De exploitant
moet hiervoor adequate regelingen treffen.
Atmosfeer:
Personentransport:
De samenstelling van de atmosfeer moet geschikt zijn voor het verblijf
van personen. Met name een vermindering van de zuurstofconcentratie
door verdringing of verbruik moet worden verhinderd. De wettelijke
grenswaarden voor concentraties schadelijke stoffen / aerosolen en stof
op werkplaatsen mogen niet worden overschreden.
Materiaaltransport:
Bij het materiaaltransport mag er geen concentratie van agressieve /
corrosieve stoffen noch van (explosieve) fijne stofdeeltjes ontstaan.
Als dit niet zeker kan worden uitgesloten, dan moet de
corrosiebescherming resp. het correct functioneren van de elektrische
componenten in regelmatige intervallen gecontroleerd en moeten deze
evt. vernieuwd worden. Fijne stofdeeltjes moeten verwijderd worden.
Opslagplaats:
De machine moet om corrosie te vermijden in een zo droog mogelijke
omgeving worden opgeslagen.
Bedrijfshandleiding
minimaal
maximaal
maximaal
22 / 106
®
GEDA
500 Z/ZP / 500 Z/ZP 3
- 20 °C
+40 °C
72 km/h
45 km/h
BL159 NL uitgave 03.2016