Algemene veiligheidsinformatie
De machine, en in dit geval vooral aansluitingen en boutverbindingen,
moet aan het begin van onderhoud/reparatie van olie, bedrijfsstoffen,
vuil en verzorgingsmiddelen worden gereinigd. Er mogen geen
agressieve reinigingsmiddelen gebruikt worden. Bij onderhouds- en
instandhoudingswerkzaamheden moeten losgedraaide
boutverbindingen altijd met de noodzakelijke momenten weer
vastgedraaid worden!
Het is niet toegestaan om veiligheidsinrichtingen te veranderen,
te verwijderen, te omzeilen of te overbruggen.
Indien een demontage van veiligheidsinrichtingen bij het
onderhouden of repareren noodzakelijk is, moet direct na afloop van de
onderhouds- en reparatiewerkzaamheden de montage en controle van
de veiligheidsinrichtingen uitgevoerd worden!
Breng geen veranderingen aan de machine aan, vul de machine niet
aan en bouw hem niet om. Dit geldt ook voor het monteren en instellen
van veiligheidsinrichtingen zoals bijv. eindschakelaars.
Vervang informatie- en waarschuwingsborden die beschadigd of
verwijderd zijn onmiddellijk.
Zorg voor een veilige en milieuvriendelijke verwijdering van bedrijfs- en
hulpstoffen en van vervangingsonderdelen (zie ook hoofdstuk 6).
De hierboven beschreven veiligheidsmaatregelen zijn ook van
toepassing op werkzaamheden in het kader van het verhelpen van
storingen.
Bedrijfshandleiding
20 / 106
®
GEDA
500 Z/ZP / 500 Z/ZP 3
BL159 NL uitgave 03.2016