Inhoudsopgave
Advertenties
INITIALISEREN VAN EEN NIEUW SYSTEEM
De eerst maal dat een systeem opgestart wordt, zal de controle eenheid 3 maal biepen binnen een
seconde. Dit toont aan dat de eenheid geprogrammeerd moet worden.
Er zijn 3 verschillende programmatie opties:
Enkel het gebruik van badges / sleutels (CARDLOCK of PROXIMITY)
Enkel het gebruik van codes (TOUCHLOCK)
Gebruik van kaarten / sleutels en PIN/codes (CARDLOCK / PROXIMITY met TOUCHLOCK)
FABRIEKSRESET
1. Neem de spanning weg
GROENE
2. Maak de
3. Maak een verbinding tussen de
4. Sluit de spanning terug aan - de eenheid biept 4 maal
5. Neem de spanning terug weg
6. Verwijder de link tussen de
GROENE
7. Sluit de
8. Sluit de spanning terug aan - de eenheid biept 3 maal in een seconde
9. Blauwe Sectie
Sectie 1 - CARDLOCK of PROXIMITY mode
Het programmeren van een kaarten pakket programmeerd de lezer voor CARDLOCK of PROXIMITY:
Presenteer de programmatie (enrolment)
kaart (of haal de magneetkaart door de
magneetkaart lezer)
Extra Proximity-kaartsets toevoegen.
activeringskaart. Presenteer deze activeringskaart aan de lezer, waarna het oranje LED-lampje gaat knipperen en
de groene en rode LED-lampjes gedoofd blijven. Presenteer nu de activeringskaart uit de nieuwe kaartset. De lezer
gaat piepen en alle drie de LED-lampjes lichten op. De extra kaarten zijn nu geldig. Herhaal dit met elke lezer en
met elke extra kaartset. Om nieuwe kaartsets toe te voegen kunt u elke geldige activeringskaart gebruiken. Indien
er een onjuiste activeringskaart wordt gebruikt om dit proces te starten gaat het rode LED-lampje branden en geeft
de lezer een hoge pieptoon terwijl de kaart wordt verworpen.
Om een gebruiker te blokkeren:
Presenteer de schaduw kaart van de gebruiker (of haal de magneet schaduwkaart door de magneetkaart lezer)
De gebruikerskaart is nu geblokkeerd
Een gebruiker kan opnieuw worden gevalideerd door de activeringskaart gevolgd door de
gebruikerskaart te presenteren, of door de gebruiker opnieuw in te voeren in de modus kaart-plus-PIN.
Sectie 2 - TOUCHLOCK mode
Kies een 6-cijferige programmeercode en laad deze als volgt in de eenheid:
De standaard gebruikerscode is 1234 - de programmeercode mag niet de cijfers 1234 in dezelfde volgorde bevatten.
De deurvergrendeling wordt na 1234 vrijgegeven en alle daaropvolgende cijfers worden genegeerd.
U kunt nu de gebruikerscodes en functies gaan instellen met behulp van het programmeeroverzicht.
Voorbeeld: - Een gebruikerscode instellen om de deur onder normale omstandigheden te ontgrendelen.
Voer de 6-cijferige
programmeercode in
3 sec. ingedrukt
Dit vak kan gebruikt worden om de programmeercode te noteren voor toekomstig gebruik.
zie Sectie 2
Bij de standaard indicatie van de lezer zijn alle LEDs opgelicht. Verleende toegang
wordt aangegeven door een enkele, groene, knipperende LED en geweigerde
toegang door een enkele, rood oplichtende LED.
PAARSE
en de
draad los
GROENE
GROENE
en de
PAARSE
en de
draad terug aan
Voor dit systeem moet u in het bezit zijn van een geldige
6-cijferige
programmeercode
De standaard gebruikerscode is nu ingesteld op 1234
BELANGRIJKE OPMERKING: Gebruik nooit programmeercode 123456.
Voer de
8
gebruikerscode in
4 t/m 8 cijfers
houden
Bewaar deze informatie a.u.b. op een veilige plek.
zie Sectie 1
PAARSE
en de
klemmen
PAARSE
klemmen
Alle kaarten of tags zijn nu gevalideerd.
De kaarten kunnen nu aan gebruikers
worden uitgegeven
6-cijferige
programmeercode
Voer
nogmaals de
gebruikerscode in
zie Sectie 3
4
Normaal
Advertenties
Inhoudsopgave
