Inhoudsopgave
Advertenties
/ / FK- EN FL-VERDRINGERPOMPEN / / /
10.3 Sper- en quenchvloeistof controleren
(optie)
Bij pompen met een uitrusting voor „afsluitsysteem" of
„quench-systeem" moet de spervloeistofdruk worden gecontro-
leerd. Onderhoudsintervallen zie Tabel 17 op pagina 28.
►
Spervloeistofdruk controleren en vergelijken met de vermel-
de waarde.
De aangegeven waarde bevindt zich op de „Doorsnede van
de asafdichting" in de „Ordergebonden documenten".
De „Ordergebonden documenten" vindt u bij deze gebruiks-
aanwijzing.
Door het hete pompmedium en het gebruik van de pomp wordt
de spervloeistof verhit.
►
Zorg ervoor dat tijdens het bedrijf de temperatuur van de
spervloeistof T< 70 °C blijft.
10.4 Oliepeil controleren
De controle gebeurt via een oliekijkglas (25), dat zich aan de zij-
kant van de transmissiekast bevindt.
Onderhoudsintervallen, zie Tabel 17 op pagina 28.
10.5 Olie verversen
Bij de FK- en FL-verdringerpompen moet regelmatig de olie
worden ververst. Onderhoudsintervallen zie Tabel 17 op
pagina 28.
Onderhoudsintervallen
Onder moeilijke omstandigheden, zoals hoge luchtvochtigheid,
agressieve omgeving, sterke temperatuurschommelingen advi-
seren wij een vervanging alle 2000 bedrijfsuren. Onder normale
omstandigheden eenmaal jaarlijks of alle 4000 bedrijfsuren.
Smeermiddelen en -hoeveelheden
Benodigde oliehoeveelheid zie Tabel 5 Olieverversing bouwvorm
FL en Tabel 6 „Olieverversing bouwvorm FK", pagina 17.
16
23
25
24
Fig. 17
Oliepeil en olieverversing exemplarisch voor de FL 100
23
Ontluchtingsschroef
24
Afsluitschroef
25
Oliekijkglas
Procedure
1. Motor inschakelen en laten lopen tot de normale bedrijfs-
temperatuur bereikt is.
2. Motor uitschakelen en tegen herinschakeling beveiligen.
3. Geschikte olie-opvangbak onder de sluitschroef (24) plaat-
sen.
4. Voorzichtig! Hete olie. Brandwonden door contact met hete
olie.
►
Hitte- en oliebestendige veiligheidshandschoenen dra-
gen.
Ontluchtingsschroef (23) losdraaien.
5. Sluitschroef (24) losdraaien en verwijderen.
6. Olie volledig aftappen en in overeenstemming met de lokale
voorschriften verwijderen.
7. Sluitschroef, ontluchtingsschroef en dichtingen reinigen.
8. Sluitschroef en ontluchtingsschroef met de bijbehorende
dichtingen monteren.
9. Vullen met verse olie en oliepeil controleren aan de hand
van het oliekijkglas (25).
Bouwvorm FL
Vermoedelijke
oliehoeveelheid [l]
horizontale
plaatsing van de
buisaansluitin-
gen
FL/FL2 55
0,25
FL/FL2 75
0,60
FL/FL2 100
1,80
FL 130
2,10
FL2 50
0,15
FL2 58
0,25
Tabel 5 Olieverversing bouwvorm FL
Olie
verticale plaat-
sing van de buis-
aansluitingen
0,20
0,50
SAE 15W40
1,30
1,70
0,15
0,25
Advertenties
Inhoudsopgave
