Analoge ingang 1, 2 en 3, Functie
De analoge ingangen kunnen worden ingesteld op de volgende
functies:
•
Niet actief
•
Terugkoppeling sensor
•
Ext. setpointbeïnvl.
Voor een verdere omschrijving, zie paragraaf 9. Extern set-
pointsignaal.
•
Andere functie.
Het aantal beschikbare displays hangt af van de functionele
module in de motor. Zie hieronder.
Functie (klem)
Analoge ingang 1, Functie (4)
Analoge ingang 2, Functie (7)
Analoge ingang 3, Functie (14)
24
FM 100
FM 200
FM 300
●
●
●
-
●
●
-
-
●
Analoge ingang 1, 2 en 3, Meetparameter
De analoge ingangen kunnen worden ingesteld op de volgende
meetparameters:
•
Inlaatdruk
•
Drukversch., inlaat
•
Persdruk.
•
Drukversch., uitlaat
•
Drukversch., pomp
•
Druk 1, extern
•
Druk 2, extern
•
Drukversch., extern
•
Niveau voedingstank
•
Niveau opslagtank
•
Pompdebiet
•
Debiet, extern
•
Vloeistoftemp.
•
Temp.versch., extern
•
Temperatuur 1
•
Temperatuur 2
•
Omgevingstemp.
•
Andere parameter.
Het aantal beschikbare displays hangt af van de functionele
module in de motor. Zie hieronder.
Functie (klem)
Analoge ingang 1, Meetparame-
ter (4)
Analoge ingang 2, Meetparame-
ter (7)
Analoge ingang 3, Meetparame-
ter (14)
FM 100
FM 200
FM 300
●
●
●
-
●
●
-
-
●