Bedieningshandleiding voor achteruitrijvideosysteem, type: 50700306, 50700307, 50700308,
50700309, 50700310, 50700311, 50700312, 50700313, 5070314
3. Nor/Mir
4. Auto scan setting
5. Function set
OPMERKING: In Scanmodus schakelt het beeldscherm automatisch tussen de beelden van
camera 1 (CAM1) en camera 2 (CAM2) heen en weer. Het heen en weer schakelen kunt u
stopzetten met de pijltoetsen 'omhoog' en 'omlaag'.
Pagina 9 van 12
Met de menuoptie 'Nor/Mir' kunt u de afbeeldingswijze van het
camerabeeld instellen.
Druk op de pijltoetsen 'links' en 'rechts' om de afbeeldingswijze voor de
desbetreffende camera te selecteren.
Met de menuoptie 'Auto scan setting' kan de camera worden geselecteerd.
1.
CAM1 automatisch vinden aan/uit
2.
CAM2 automatisch vinden aan/uit
3.
Automatische omschakeltijd instellen
Via de menuoptie 'Function set' kunt u overige parameters instellen.
1.
Selectie van camerasysteem: NTSC of PAL
2.
LED-display Ambient Light Sensor in-/uitschakelen
3.
Gemonitord gebied weergeven