14 Bij storing
Code
Melding
H02.05
CSU & CU kmn nt ovrn
H02.09
Deelblokk.
H02.10
Volledige blokk.
H02.36
Funct. appar. mist
H02.37
Niet krit. app. mist
H02.60
Nt-onderst. functie
H06.01
WP-eenheid fout
H06.06
BL CompHogeDruk
H06.07
BL CompLageDruk
H06.17
DeltaT CV max. lim
H06.21
Tret warmtepomp
H06.22
Verwarmingsfout
H06.23
Koudemiddeldruk
136
Beschrijving
CSU komt niet overeen met CU-type
Andere software (software-nummer of parameterversie niet in overeenstemming met
het geheugen).
Deelblokkering van het apparaat gedetecteerd
BL ingang op de connectorstrook van de hoofdbesturingsprint open:
Controleer het contact op de BL ingang.
Controleer de bedrading.
Controleer parameters AP001 en AP100.
Volledige blokkering van het apparaat gedetecteerd
BL ingang op de connectorstrook van de hoofdbesturingsprint open:
Controleer het contact op de BL ingang.
Controleer de bedrading.
Controleer parameters AP001 en AP100.
Functioneel apparaat is ontkoppeld
Geen communicatie tussen de hoofdbesturingsprint en de printplaat van het aanvul
lende circuit:
Controleer of de voedingskabel tussen de printplaten goed is aangesloten.
Controleer of de BUS-kabel tussen de printplaten goed is aangesloten.
Voer van een automatische detectie uit.
Niet kritisch apparaat is ontkoppeld
Geen communicatie tussen de hoofdbesturingsprint en de printplaat van het aanvul
lende circuit:
Controleer of de voedingskabel tussen de printplaten goed is aangesloten.
Controleer de aansluiting van de BUS-kabel en de printplaten.
Voer van een automatische detectie uit.
De gekozen functie wordt niet ondersteund door de groep
Storing warmtepomp opgetreden
Storingscode op het digitale display van de buitenunit: E3, E4, H5, H9
De compressor is gestopt door een abnormaal hoge druk
De compressor is gestopt door een abnormaal lage druk
Storingscode op het digitale display van de buitenunit: P0, HP
Het koudemiddelniveau van het systeem is te laag. Voeg de juiste hoeveelheid toe.
In de verwarmings- of SWW-modus is de buitenwarmtewisselaar verontreinigd of
verstopt. Reinig de wisselaar.
Het waterdebiet is te laag in de koelmodus. Verhoog het waterdebiet.
De Delta temperatuur aan de centrale-verwarmingskant overschrijdt de maximale
tolerantie.
Storingscode op het digitale display van de buitenunit: P5
Controleer of het waterfilter gereinigd moet worden.
Zorg ervoor dat het systeem geen lucht bevat (ontluchting).
Controleer de waterdruk. De waterdruk moet >1 bar (0,1 MPa) zijn (bij lage tempera
tuur).
Controleer of het pomptoerental op de hoogste waarde is ingesteld.
Controleer het expansievat op defecten.
Controleer of de weerstand in het hydraulisch circuit niet te hoog is voor de pomp.
Warmtepomp retourtemperatuur sensorfout
Controleer de bekabeling tussen de besturingsprint EHC–10 en de sensor.
Controleer of de sensor goed gemonteerd is.
Controleer de weerstandswaarde van de sensor.
Vervang de sensor indien nodig.
Verwarmingsbedrijf fout
Koudemiddeldruk sensorfout
Storingscode op het digitale display van de buitenunit: H8
Controleer de bekabeling tussen de besturingsprint EHC–10 en de sensor.
Controleer of de sensor goed gemonteerd is.
Sluit indien nodig de sensorconnector weer aan.
Controleer de weerstandswaarde van de sensor.
Vervang de sensor indien nodig.
7840691 - v03 - 20112023