Als de motor moeilijk kan worden gestart
Als de motor wordt gestart in deze vergrendelde stand, begint de ketting te draaien.
Start de motor niet voordat de kettingrem is geactiveerd.
1. Wordt de gasklepvergrendeling bij het starten gebruikt, houd de rem dan in de
rempositie.
2. Druk na het starten van de motor de handgastrekker iets in om de
handgasvergrendeling te ontgrendelen en trek onmiddellijk de voorste
handbescherming naar u toe. (Positie kettingrem ONTGRENDELD)
3. Verhoog het motortoerental niet terwijl de kettingrem is ingeschakeld.
4. Gebruik de kettingrem alleen bij het starten van de motor of in noodgevallen.
5. Gebruik de handgasvergrendeling nooit bij het zagen.
Gebruik deze alleen bij het starten van de motor.
1. Positie kettingrem GEACTIVEERD
2. Handgastrekkerblokkering
3. Handgastrekker
4. Handgasvergrendeling
Trek de handbescherming naar voren.
(Positie kettingrem GEACTIVEERD)
Draai de ontstekingsschakelaar naar voren en trek de chokeregelknop helemaal uit.
Druk op de opvoerpomp tot u brandstof kunt zien in de opvoerpomp.
Druk de handgastrekkerblokkering in terwijl de handgastrekker wordt vastgehouden en
druk de handgasvergrendeling in zoals afgebeeld.
Houd de kettingzaag stevig vast.
Zorg ervoor dat de kettinggeleider en de zaagketting nergens mee in contact komen
wanneer de motor wordt gestart.
Trek enkele malen aan de starthendel totdat het eerste ontstekingsgeluid hoorbaar is.
Druk de chokeregelknop helemaal in.
Als de motor aanslaat, druk dan onmiddellijk de handgastrekker omhoog zodat de
handgasvergrendeling wordt ontgrendeld, en druk de chokeregelknop helemaal in
(bedrijfsstand).
WAARSCHUWING
LET OP!
18